Op 11 oktober 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op basis van artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had op 7 oktober 2021 verzocht om de voortzetting van de op 6 oktober 2021 opgelegde crisismaatregel, omdat betrokkene bij aanvang van de opname suïcidaal gedrag vertoonde. Bij het verzoekschrift waren verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een medische verklaring van een psychiater en relevante politiegegevens.
Tijdens de mondelinge behandeling op 11 oktober 2021 waren betrokkene en haar advocaat, mr. R.A.F. Jansen, aanwezig, evenals een psychiater verbonden aan Yulius. De officier van justitie was niet aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting op het verzoek nodig achtte. De psychiater verklaarde dat betrokkene inmiddels tot rust was gekomen en geen klachten vertoonde die wezen op een psychische stoornis. Ook was er volgens haar geen sprake van ernstig nadeel.
De rechtbank heeft op basis van deze informatie het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen. De beslissing is mondeling gegeven door rechter mr. A. Buizer en op 18 oktober 2021 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.