ECLI:NL:RBROT:2021:10522

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 september 2021
Publicatiedatum
1 november 2021
Zaaknummer
C/10/624724 / FA RK 21-6611
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor betrokkene met neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen

Op 22 september 2021 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het gedrag van betrokkene als gevolg van zijn psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, waaronder levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om de geestelijke gezondheid van betrokkene te herstellen.

Tijdens de mondelinge behandeling op 22 september 2021 zijn verschillende betrokkenen verschenen, waaronder de betrokkene en zijn advocaat. De rechtbank heeft de ingediende stukken en de medische verklaring van de psychiater in overweging genomen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de voorgestelde vormen van verplichte zorg noodzakelijk zijn en dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn. De zorgmachtiging is verleend voor de duur van vijfenhalve maand, met ingang van de datum van de beschikking.

De rechtbank heeft in haar beslissing de maatregelen voor verplichte zorg vastgesteld, waaronder het toedienen van medicatie en het verrichten van medische controles. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.C. Hendriks en schriftelijk uitgewerkt op 29 september 2021. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/624724 / FA RK 21-6611
Referentienummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 22 september 2021 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] , [geboorteland betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [woonplaats betrokkene] ,
advocaat mr. J.H.T. van Brunschot te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 1 september 2021.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam psychiater] , psychiater, van 23 augustus 2021;
  • het zorgplan van 10 augustus 2021;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • de relevante politiegegevens van betrokkene; en
  • het bericht dat er geen relevante strafvorderlijke- en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 22 september 2021. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam verpleegkundig specialist] , verpleegkundig specialist, en
  • [naam arts] , arts, beiden verbonden aan GGZ Delfland.
1.3.
De officier is niet tijdens de mondelinge behandeling verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten neurobiologische ontwikkelingsstoornissen en schizofreniespectrum- en andere psychotische stoornissen.
2.2.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel en maatschappelijke teloorgang.
2.3.
Om de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
2.4.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren. Tijdens de mondelinge behandeling verklaart de verpleegkundig specialist dat de medicatie bij betrokkene aanslaat en dat er geen sprake meer is van klachten. Ook is betrokkene meewerkend en is het contact met de behandelaren goed. Betrokkene is echter kwetsbaar en overmoedig waardoor er een reëel risico bestaat op een terugval. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.5.
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. De advocaat stelt dat betrokkene betwist dat er sprake is van een stoornis en ernstig nadeel bij medicatiegebruik. Betrokkene erkent de (depot) medicatie nodig te hebben en accepteert deze. Om die reden is de zorgmachtiging niet nodig. De rechtbank acht, in tegenstelling tot de advocaat, dat de volgende vormen van verplichte zorg wel noodzakelijk zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
Reguliere verplichte zorg’
De rechtbank acht de volgende vormen van reguliere verplichte zorg noodzakelijk gedurende vijfenhalve maand:
  • het toedienen van medicatie;
  • het verrichten van medische controles; en
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten: ziet op onderhouden van behandelcontacten in de ambulante setting.
‘Verplichte zorg in crisissituaties’
In crisissituaties mag binnen de komende vijfenhalve maand gebruik worden gemaakt van de volgende vormen van verplichte zorg:
  • het opnemen in een accommodatie: klinische opname volgt indien het ambulante kader niet meer toereikend is; en
  • het beperken van de bewegingsvrijheid; inherent aan de opname.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg, te weten het toedienen van vocht, het toedienen van voeding en het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening, worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.6.
Voor de toegewezen vormen van verplichte zorg zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Verder is de voorgestelde verplichte zorg evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.7.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. Gelet op de termijnoverschrijding van de officier, zal de zorgmachtiging, anders dan verzocht, worden verleend voor de duur van vijfenhalve maand met ingang van vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.5. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 8 maart 2021;
3.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 22 september 2021 mondeling gegeven door mr. A.C. Hendriks, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier, en op 29 september 2021 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.