In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Rotterdam op 8 oktober 2021, zijn City Outdoor Media B.V. en NPB Media B.V. eiseressen in conventie en Ster Airconditioning Rotterdam B.V. gedaagde in conventie. De zaak betreft een geschil over een reclameovereenkomst waarbij Ster Airconditioning beweert dat zij alleen hoefde te betalen als de reclame op drie rotondes tegelijkertijd geplaatst was. De kantonrechter heeft in een tussenvonnis van 16 oktober 2020 Ster Airconditioning toegelaten tot bewijslevering van deze stelling. Tijdens de procedure zijn verschillende getuigen gehoord, waaronder een administratief medewerker van Ster Airconditioning en een vertegenwoordiger van City Outdoor Media. De verklaringen van de getuigen waren tegenstrijdig, waarbij de vertegenwoordiger van City Outdoor Media ontkende dat er een dergelijke voorwaarde was afgesproken.
De kantonrechter heeft uiteindelijk geoordeeld dat Ster Airconditioning niet heeft bewezen dat de betaling afhankelijk was van de gelijktijdige plaatsing van de reclame op alle drie de rotondes. De rechter oordeelde dat de facturen voor de periode van 24 april 2017 tot en met 1 mei 2019 aan Ster Airconditioning moesten worden voldaan, met inachtneming van een creditfactuur. De totale vordering van City Outdoor Media, inclusief rente, werd toegewezen. Daarnaast werd Ster Airconditioning veroordeeld in de proceskosten. De vordering in reconventie van Ster Airconditioning werd afgewezen, omdat deze eerder was verworpen in het tussenvonnis.