Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder feit 1 (primair), 2, 3, 4, 5 en 6 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot:
- ten aanzien van de feiten 1 (primair), 2, 3 en 4:
- ten aanzien van feit 5: een geldboete van € 400, subsidiair 8 dagen vervangende hechtenis;
- ten aanzien van feit 6: een geldboete van € 400, subsidiair 8 dagen vervangende hechtenis.
4..Waardering van het bewijs
zeeronvoorzichtig, onoplettend en onachtzaam rijgedrag van verdachte en als gevolg daarvan is bij het slachtoffer zodanig lichamelijk letsel ontstaan dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan, zoals als bedoeld in betekenis van artikel 6 WVW.
De rechtbank moet in dat verband beoordelen of de verdachte (a) de verkeersregels heeft geschonden, (b) of hij dat in ernstige mate heeft gedaan, (c) of hij dat opzettelijk heeft gedaan en (d) of daardoor gevaar was te duchten voor zwaar lichamelijk letsel of het leven van anderen.
De verkeersregels
verkeersgevaarlijkgedrag.
2018. Het verkeersongeval heeft zich voorgedaan op 7 januari 2020. De rechtbank stelt daarmee vast dat verdachte reed met een ongeldig rijbewijs.
hij op 7 januari 2020 te Hendrik-Ido-Ambacht als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door met dat motorrijtuig zeer, onvoorzichtig en onoplettend en onachtzaam te rijden op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Gemeenlandskade
en andere wegen in Hendrik-Ido-Ambacht,welk genoemd rijgedrag hierin heeft bestaan dat hij, verdachte, toen daar - - (op de Hendrik Ydenweg) een personenauto heeft ingehaald via een verdrijvingsvlak en
- zonder richting aan te geven de Ambachtsezoom is opgereden en aldaar bijna uit de bocht is geslipt en
terwijl het eerdergenoemde politievoertuig (inmiddels) achter hem, verdachte, reed met een rood licht uitstralend stopbord
- zijn snelheid verder heeft verhoogd tot ongeveer 80 km/u, terwijl op die Ambachtsezoom een maximumsnelheid van 50 km/u gold en
nadat ook de optische signalen van dat politievoertuig waren aangezet
- een op die Ambachtsezoom aangebrachte dubbele doorgetrokken streep heeft genegeerd en (aldaar) meermalen op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer heeft gereden en/of
- op twee rotondes over het verhoogde deel daarvan heeft gereden en (daardoor) niet voldoende controle heeft gehouden over het voertuig en slingerend heeft gereden en
- met die (nog immer) veel te hoge snelheid een woonwijk is ingereden ennadat tevens de geluidsignalen van het politievoertuig waren aangezet
- op de Gemeenlandskade met die te hoge snelheid, in ieder geval met een gelet op de wegsituatie veel te hoge snelheid, een scherpe bocht naar rechts is ingereden, waardoor hij, verdachte, het verloop van de weg in die bocht niet kon volgen ende controle over het voertuig is verloren en op de rijstrook voor het hem tegemoetkomende verkeer is terechtgekomen,
als gevolg waarvan:
- de bestuurder van een hem tegemoetkomende personenauto, genaamd [naam slachtoffer] in die bocht frontaal in aanrijding is gekomen met dat meergenoemde politievoertuig en- hij, verdachte, via het trottoir en de berm tegen een geparkeerd voertuig is gebotst en (vervolgens) tegen een boom tot stilstand is gekomen,
een en ander ten einde zich te onttrekken aan een staandehouding;
waardoor die [naam slachtoffer] zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan;
(
art 6 Wegenverkeerswet 1994)
hij op 7 januari 2020 te Ridderkerk en Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, zich opzettelijk zodanig heeft gedragen dat de verkeersregels in ernstige mate werden geschonden door met dat motorrijtuig:
- op de Rijksweg A16 in of ter hoogte van Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, met snelheden van ongeveer 140 en 160 km/u te rijden, zijnde een veel hogere snelheid dan de maximumsnelheid ter plaatse van 100 km/u en
- aldaar (een als zodanig herkenbaar politievoertuig) rechts in te halen en
- op de afrit naar Hendrik-Ido-Ambacht slingerend door één of meer bochten te rijden en op twee rijstroken tegelijk te rijden en
- (op de Hendrik Ydenweg) een personenauto in te halen via een verdrijvingsvlak en
- zonder richting aan te geven de Ambachtsezoom op te rijden en/of aldaar bijna uit de bocht te slippen en
terwijl het eerdergenoemde politievoertuig (inmiddels) achter hem, verdachte, reed met een rood licht uitstralend stopbord
- zijn snelheid verder te verhogen tot ongeveer 80 km/u, terwijl op die Ambachtsezoom een maximumsnelheid van 50 km/u gold en nadat ook de optische signalen van dat politievoertuig waren aangezet
- een op die Ambachtsezoom aangebrachte dubbele doorgetrokken streep te negeren en (aldaar) meermalen op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer te rijden en
- op twee rotondes over het verhoogde deel daarvan te rijden en (daardoor) niet voldoende controle had over het voertuig en/of slingerend heeft gereden en
- met die (nog immer) veel te hoge snelheid een woonwijk in te rijden en
nadat tevens de geluidsignalen van het politievoertuig waren aangezet
- op de Gemeenlandskade met die te hoge snelheid, in ieder geval met een gelet op de wegsituatie veel te hoge snelheid, een scherpe bocht naar rechts in te rijden, waardoor hij, verdachte, het verloop van de weg in die bocht niet kon volgen en
de controle over het voertuig is verloren en op de rijstrook voor het hem tegemoetkomende verkeer is terechtgekomen,
als gevolg waarvan:
- de bestuurder van een hem tegemoetkomende personenauto, genaamd [naam slachtoffer] in die bocht frontaal in aanrijding is gekomen met dat meergenoemde politievoertuig en
- hij, verdachte, via het trottoir en de berm tegen een geparkeerd voertuig is gebotst en (vervolgens) tegen een boom tot stilstand is gekomen,
een en ander ten einde zich te onttrekken aan een staandehouding en
hij, verdachte, verkeerde onder invloed van alcohol;
door welke verkeersgedraging(en) van verdachte levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor (een) ander(en) te duchten was;
(
art 5a lid 1 Wegenverkeerswet 1994)
hij op 7 januari 2020 te Ridderkerk en Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig, (personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte in zijn adem bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 685 microgram, in elk geval hoger dan 220 microgram, alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn;
(
art 8 lid 2 ahf/ond a Wegenverkeerswet 1994)
4.
hij, op 7 januari 2020, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in Hendrik-Ido-Ambacht op de Gemeenlandskade, de plaats van dat ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan anderen (te weten [naam slachtoffer], [naam] en een politievoertuig) letsel en/of schade was toegebracht;
(
art 7 lid 1 ahf/ond a Wegenverkeerswet 1994, art 7 lid 1 ahf/ond b Wegenverkeerswet 1994)
hij op 7 januari 2020 te Ridderkerk en Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto) heeft gereden op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, terwijl het rijbewijs, dat voor het besturen van die categorie motorrijtuigen was vereist, te weten categorie B, en voornoemd rijbewijs (ingevolge artikel 25a van het Reglement rijbewijzen) voor een beperkte termijn was afgegeven, zijn geldigheid had verloren;
(
art 107 lid 2 ahf/ond b Wegenverkeerswet 1994)
hij op 7 januari 2020 te Ridderkerk en Hendrik-Ido-Ambacht althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), gekentekend [kentekennummer], daarmede heeft gereden op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, zonder dat er voor dit motorrijtuig een verzekering overeenkomstig de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen was gesloten en in stand gehouden;
(
art 30 lid 4 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen)
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
9 maandenen een zeer forse ontzegging van de rijbevoegdheid. Omdat de ontzegging van de rijbevoegdheid een bijkomende straf is, is deze straf opgelegd bij meerdere feiten. Met betrekking tot de onder 5 en 6 bewezen verklaarde feiten wordt tweemaal een geldboete van € 400,00 passend en geboden geacht.
8..Toepasselijke wettelijke voorschriften
9..Bijlagen
10..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 9 (negen) maanden;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
18 (achttien) maanden;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
6 (zes) maanden;
de bevoegdheid motorrijtuigen te besturenvoor de tijd van
9 (negen) maanden;
€ 400,00 (vierhonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
8 (acht) dagen hechtenis;
geldboete van € 400,00 (vierhonderd euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
8 (acht) dagen hechtenis.
hij op of omstreeks 7 januari 2020 te Hendrik-Ido-Ambacht als verkeersdeelnemer, namelijk als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), zich zodanig heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door met dat motorrijtuig zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend en/of onachtzaam en/of met aanmerkelijke verwaarlozing van de te dezen geboden zorgvuldigheid te rijden op de voor het openbaar verkeer openstaande weg, de Gemeenlandskade,
welk genoemd rijgedrag hierin heeft bestaan dat hij, verdachte, toen daar,
- op de Rijksweg A16 in of ter hoogte van Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, met snelheden van ongeveer 140 en 160 km/u heeft gereden, zijnde een veel hogere snelheid dan de maximumsnelheid ter plaatse van 100 km/u en/of
- aldaar (een als zodanig herkenbaar politievoertuig) rechts heeft ingehaald en/of
- op de afrit naar Hendrik-Ido-Ambacht slingerend door één of meer bochten is gereden en/of op twee rijstroken tegelijk heeft gereden en/of
- (op de Hendrik Ydenweg) een personenauto heeft ingehaald via een verdrijvingsvlak en/of
- zonder richting aan te geven de Ambachtsezoom is opgereden en/of aldaar bijna uit de bocht is geslipt en/of
terwijl het eerdergenoemde politievoertuig (inmiddels) achter hem, verdachte, reed met een rood licht uitstralend stopbord
- zijn snelheid verder heeft verhoogd tot ongeveer 80 km/u, terwijl op die Ambachtsezoom een maximumsnelheid van 50 km/u gold en/of
nadat ook de optische signalen van dat politievoertuig waren aangezet
- een op die Ambachtsezoom aangebrachte dubbele doorgetrokken streep heeft genegeerd en/of (aldaar) meermalen op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer heeft gereden en/of
- op twee rotondes over het verhoogde deel daarvan heeft gereden en/of (daardoor) niet voldoende controle heeft gehouden over het voertuig en/of slingerend heeft gereden en/of
- met die (nog immer) veel te hoge snelheid een woonwijk is ingereden en/of
nadat tevens de geluidsignalen van het politievoertuig waren aangezet
- op de Gemeenlandskade met die te hoge snelheid, in ieder geval met een gelet op de wegsituatie veel te hoge snelheid, een scherpe bocht naar rechts is ingereden, waardoor hij, verdachte, het verloop van de weg in die bocht niet kon volgen en/of
de controle over het voertuig is verloren en/of op de rijstrook voor het hem tegemoetkomende verkeer is terechtgekomen,
als gevolg waarvan:
- de bestuurder van een hem tegemoetkomende personenauto, genaamd [naam slachtoffer], moest uitwijken en/of (vervolgens) in die bocht frontaal in botsing of aanrijding is gekomen met dat meergenoemde politievoertuig en/of
- hij, verdachte, via het trottoir en de berm tegen een geparkeerd voertuig is gebotst en/of (vervolgens) tegen een boom tot stilstand is gekomen,
een en ander ten einde zich te onttrekken aan een staandehouding;
waardoor die [naam slachtoffer] zodanig lichamelijk letsel werd toegebracht, dat daaruit tijdelijke ziekte of verhindering in de uitoefening van de normale bezigheden is ontstaan;
zulks terwijl hij, verdachte, verkeerde onder invloed van alcohol;
(
art 6 Wegenverkeerswet 1994)
welk gedrag hierin heeft bestaan dat hij, verdachte, toen daar,
- op de Rijksweg A16 in of ter hoogte van Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, met snelheden van ongeveer 140 en 160 km/u heeft gereden, zijnde een veel hogere snelheid dan de maximumsnelheid ter plaatse van 100 km/u
en/of
- aldaar (een als zodanig herkenbaar politievoertuig) rechts heeft ingehaald en/of
- op de afrit naar Hendrik-Ido-Ambacht slingerend door één of meer bochten is gereden en/of op twee rijstroken tegelijk heeft gereden en/of
- (op de Hendrik Ydenweg) een personenauto heeft ingehaald via een verdrijvingsvlak en/of
- zonder richting aan te geven de Ambachtsezoom is opgereden en/of aldaar bijna uit de bocht is geslipt en/of
terwijl het eerdergenoemde politievoertuig (inmiddels) achter hem, verdachte, reed met een rood licht uitstralend stopbord
- zijn snelheid verder heeft verhoogd tot ongeveer 80 km/u, terwijl op die Ambachtsezoom een maximumsnelheid van 50 km/u gold en/of
nadat ook de optische signalen van dat politievoertuig waren aangezet
- een op die Ambachtsezoom aangebrachte dubbele doorgetrokken streep heeft genegeerd en/of (aldaar) meermalen op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer heeft gereden en/of
- op twee rotondes over het verhoogde deel daarvan heeft gereden en/of (daardoor) niet voldoende controle heeft gehouden over het voertuig en/of slingerend heeft gereden en/of
- met die (nog immer) veel te hoge snelheid een woonwijk is ingereden en/of
nadat tevens de geluidsignalen van het politievoertuig waren aangezet
- op de Gemeenlandskade met die te hoge snelheid, in ieder geval met een gelet op de wegsituatie veel te hoge snelheid, een scherpe bocht naar rechts is ingereden, waardoor hij, verdachte, het verloop van de weg in die bocht niet kon volgen en/of
de controle over het voertuig is verloren en/of op de rijstrook voor het hem tegemoetkomende verkeer is terechtgekomen,
waardoor:
- de bestuurder van een hem tegemoetkomende personenauto, genaamd [naam slachtoffer], moest uitwijken en/of (vervolgens) in die bocht frontaal in botsing of aanrijding is gekomen met dat meergenoemde politievoertuig en/of
- hij, verdachte, via het trottoir en de berm tegen een geparkeerd voertuig is gebotst en/of (vervolgens) tegen een boom tot stilstand is gekomen,
een en ander ten einde zich te onttrekken aan een staandehouding;
(
art 5 Wegenverkeerswet 1994)
hij op of omstreeks 7 januari 2020 te Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, zich opzettelijk zodanig heeft gedragen dat de verkeersregels in ernstige mate werden geschonden door met dat motorrijtuig:
- op de Rijksweg A16 in of ter hoogte van Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, met snelheden van ongeveer 140 en 160 km/u te rijden, zijnde een veel hogere snelheid dan de maximumsnelheid ter plaatse van 100 km/u en/of
- aldaar (een als zodanig herkenbaar politievoertuig) rechts in te halen en/of
- op de afrit naar Hendrik-Ido-Ambacht slingerend door één of meer bochten te rijden en/of op twee rijstroken tegelijk te rijden en/of
- (op de Hendrik Ydenweg) een personenauto in te halen via een verdrijvingsvlak en/of
- zonder richting aan te geven de Ambachtsezoom op te rijden en/of aldaar bijna uit de bocht te slippen en/of
terwijl het eerdergenoemde politievoertuig (inmiddels) achter hem, verdachte, reed met een rood licht uitstralend stopbord
- zijn snelheid verder te verhogen tot ongeveer 80 km/u, terwijl op die Ambachtsezoom een maximumsnelheid van 50 km/u gold en/of
nadat ook de optische signalen van dat politievoertuig waren aangezet
- een op die Ambachtsezoom aangebrachte dubbele doorgetrokken streep te negeren en/of (aldaar) meermalen op de rijstrook voor het tegemoetkomende verkeer te rijden en/of
- op twee rotondes over het verhoogde deel daarvan te rijden en/of (daardoor) niet voldoende controle had over het voertuig en/of slingerend heeft gereden en/of
- met die (nog immer) veel te hoge snelheid een woonwijk in te rijden en/of
nadat tevens de geluidsignalen van het politievoertuig waren aangezet
- op de Gemeenlandskade met die te hoge snelheid, in ieder geval met een gelet op de wegsituatie veel te hoge snelheid, een scherpe bocht naar rechts in te rijden, waardoor hij, verdachte, het verloop van de weg in die bocht niet kon volgen en/of
de controle over het voertuig is verloren en/of op de rijstrook voor het hem tegemoetkomende verkeer is terechtgekomen,
als gevolg waarvan:
- de bestuurder van een hem tegemoetkomende personenauto, genaamd [naam slachtoffer], moest uitwijken en/of (vervolgens) in die bocht frontaal in botsing of aanrijding is gekomen met dat meergenoemde politievoertuig en/of
- hij, verdachte, via het trottoir en de berm tegen een geparkeerd voertuig is gebotst en/of (vervolgens) tegen een boom tot stilstand is gekomen,
een en ander ten einde zich te onttrekken aan een staandehouding en/of
hij, verdachte, verkeerde onder invloed van alcohol;
door welke verkeersgedraging(en) van verdachte levensgevaar of gevaar voor zwaar lichamelijk letsel voor (een) ander(en) te duchten was;
(
art 5a lid 1 Wegenverkeerswet 1994)
hij op of omstreeks 7 januari 2020 te Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig, (personenauto), dit voertuig heeft bestuurd, na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte in zijn adem bij een onderzoek, als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 685 microgram, in elk geval hoger dan 220 microgram, alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn;
(
art 8 lid 2 ahf/ond a Wegenverkeerswet 1994)
4.
hij, op of omstreeks 7 januari 2020, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in Hendrik-Ido-Ambacht op de Gemeenlandskade, de plaats van dat ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan anderen (te weten [naam slachtoffer], [naam] en een politievoertuig) letsel en/of schade was toegebracht;
(
art 7 lid 1 ahf/ond a Wegenverkeerswet 1994, art 7 lid 1 ahf/ond b Wegenverkeerswet 1994)
5.
hij op of omstreeks 7 januari 2020 te Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht, althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto) heeft gereden op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, terwijl het rijbewijs, dat voor het besturen van die categorie motorrijtuigen was vereist, te weten categorie B, en voornoemd rijbewijs (ingevolge artikel 25a van het Reglement rijbewijzen) voor een beperkte termijn was afgegeven, zijn geldigheid had verloren;
(
art 107 lid 2 ahf/ond b Wegenverkeerswet 1994)
6.
hij op of omstreeks 7 januari 2020 te Ridderkerk en/of Hendrik-Ido-Ambacht althans in Nederland, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), gekentekend [kentekennummer], daarmede heeft gereden op voor het openbaar verkeer openstaande wegen, zonder dat er voor dit motorrijtuig een verzekering overeenkomstig de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen was gesloten en in stand gehouden;
(
art 30 lid 4 Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen)