ECLI:NL:RBROT:2020:9523

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
2 juli 2020
Publicatiedatum
26 oktober 2020
Zaaknummer
C/10/599267 / FA RK 20-4685
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Wijziging zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam

Op 2 juli 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven betreffende de wijziging van een zorgmachtiging voor een betrokkene, die lijdt aan psychotische klachten in het kader van schizofrenie. De officier van justitie had verzocht om wijziging van de zorgmachtiging die eerder op 14 april 2020 was afgegeven. De rechtbank oordeelde dat de aanvullende vormen van verplichte zorg, zoals insluiten en toezicht uitoefenen, noodzakelijk zijn om in te grijpen bij een toename van agressief gedrag van de betrokkene. De rechtbank heeft vastgesteld dat de kans op herhaling groot is en dat de huidige zorgmachtiging niet volstaat om de veiligheid van de betrokkene en zijn omgeving te waarborgen. De mondelinge behandeling vond plaats via een beeld- en geluidverbinding, waarbij de betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren. De rechtbank heeft geoordeeld dat de voorgestelde maatregelen evenredig en effectief zijn, en dat er geen minder bezwarende alternatieven zijn. De wijziging van de zorgmachtiging is verleend voor de duur van de huidige zorgmachtiging, tot 14 oktober 2020.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/599267 / FA RK 20-4685
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 2 juli 2020 betreffende een wijziging van de zorgmachtiging als bedoeld in artikel 8:12 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam, hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende aan de [adres betrokkene] , [postcode betrokkene] te [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in Antes, locatie Albrandswaardsedijk te Poortugaal,
advocaat mr. H. Bijlsma te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 29 juni 2020, heeft de officier van justitie verzocht om wijziging van de zorgmachtiging, zoals die op 14 april 2020 ten aanzien van betrokkene is afgegeven.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de door de zorgverantwoordelijke gemotiveerde aanvraag tot wijziging van de zorgmachtiging als bedoeld in artikel 8:12 lid 4 Wvggz van 25 juni 2020;
  • het advies van de geneesheer-directeur als bedoeld in artikel 8:12 lid 4 Wvggz van 25 juni 2020;
  • het zorgplan van 25 juni 2020.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 2 juli 2020.
Bij die gelegenheid zijn (overeenkomstig artikel 2 lid 1 van de Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid) via beeld- en geluidverbinding gehoord:
 betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat (en een stagiaire van het kantoor);
 [naam persoon] , verpleegkundig specialist en behandelaar van betrokkene, verbonden aan Antes.
Allen zijn akkoord met deze wijze van horen.
1.3.
De officier is niet gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Ten aanzien van betrokkene is op 14 april 2020 een zorgmachtiging afgegeven. Daarbij is bepaald dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
  • het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis en vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
  • het beperken van de bewegingsvrijheid;
  • het onderzoek aan kleding of lichaam;
  • het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het opnemen in een accommodatie.
2.2.
Uit de aanvraag van de zorgverantwoordelijke, die door de geneesheer-directeur is ingediend vergezeld van zijn advies hierover, blijkt dat de in deze zorgmachtiging genoemde vormen van verplichte zorg niet (langer) volstaan, waardoor er vaker sprake is van een (dreigende) noodsituatie als bedoeld in artikel 8:11 Wvggz. Teneinde deze noodsituatie af te kunnen wenden heeft de zorgverantwoordelijke, bij wijze van tijdelijke maatregel, de volgende vormen van verplichte zorg toegepast:
  • het insluiten;
  • het uitoefenen van toezicht op betrokkene.
2.3.
In het verzoekschrift heeft de officier verzocht om de lopende zorgmachtiging op de volgende onderdelen te wijzigen voor de resterende duur van de huidige zorgmachtiging, te weten tot en met 14 oktober 2020, door deze aan te vullen met de volgende vormen van verplichte zorg:
  • het insluiten;
  • het uitoefenen van toezicht op betrokkene.
2.4.
Betrokkene is opgenomen met psychotische klachten in het kader van schizofrenie. Deze klachten worden geluxeerd door het gebruik van middelen. Betrokkene is, aldus de behandelaar, van 11 tot en met 12 mei 2020 ongeoorloofd weggeweest. Het vermoeden bestaat dat betrokkene gedurende deze periode cocaïne heeft gebruikt en alcohol heeft gedronken. Betrokkene ontkent het cocaïnegebruik. Volgens de behandelaar begon betrokkene in de dagen erna in toenemende mate onrustig, achterdochtig en verward gedrag te vertonen. Als behandelaars noemen we dat: meer psychotisch gedrag. Verder was er sprake van verbale dreiging jegens medepatiënten en het personeel op de afdeling. Op 23 juni 2020 heeft betrokkene een parasol naar een verpleegkundige gegooid en een deur vernield. Separeren van betrokkene was op dat moment de enige wijze om het direct ernstig nadeel dat uit het gedrag van betrokkene voortvloeide – voor zowel betrokkene als zijn omgeving – af te wenden. Betrokkene is vervolgens op basis van noodhulp opnieuw ingesteld op een verhoogde dosering medicatie, waardoor hij ten tijde van de mondelinge behandeling voldoende is opgeknapt om op de afdeling te verblijven. De aanvullende vormen van verplichte zorg – te weten het insluiten en het uitoefenen van toezicht – worden echter noodzakelijk geacht om direct in te kunnen grijpen in het geval betrokkene opnieuw vanuit een toename van psychotische klachten agressief gedrag vertoont. En dat een herhaling zich voordoet is bij betrokkene heel wel denkbaar. Het regelmatig moeten terugvallen op noodhulp is in zo’n situatie niet effectief. Voor betrokkene is het belangrijk om vooraf te weten welke grenzen en regels voor hem gelden, waaronder ook duidelijkheid over de mogelijkheden van direct aan hem te verlenen verplichte zorg, in de gevallen dat zijn psychotisch toestandsbeeld verergert. Betrokkene krijgt langzamerhand meer vrijheden en dan is het risico, met de verleidingen van buiten de accommodatie, op een terugval groter.
2.5.
Gelet op het hiervoor overwogene is de rechtbank van oordeel dat de tijdelijke verplichte zorg ook na verloop van drie dagen moet kunnen worden voortgezet en dat is voldaan aan de vereisten om de op 14 april 2020 verleende zorgmachtiging te wijzigen.
2.6.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.7.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De wijziging van de zorgmachtiging zal worden verleend voor de duur van de huidige zorgmachtiging, te weten tot 14 oktober 2020.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
wijzigt de zorgmachtiging zoals deze op 14 april 2020 is afgegeven ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd, inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg, naast de reeds verleende maatregelen:
  • het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis en vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
  • het beperken van de bewegingsvrijheid;
  • het onderzoek aan kleding of lichaam;
  • het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
  • het opnemen in een accommodatie.
eveneens de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
  • het insluiten;
  • het uitoefenen van toezicht op betrokkene.
3.2.
bepaalt dat de zorgmachtiging ten aanzien van de genoemde aanvullende vormen van verplichte zorg geldt tot en met 14 oktober 2020.
Deze beschikking is op 2 juli 2020 mondeling gegeven door mr. M.L. Sandberg-Crommelin, rechter, in tegenwoordigheid van mr. R. Jelicic, griffier, en op 8 juli 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.