Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 2 maanden, geheel voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en een taakstraf voor de duur van 180 uren.
4..Waardering van het bewijs
sorry voor dit alles”. Het verweer van de raadsvrouw wordt dus verworpen.
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vordering benadeelde partij
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van één maand;
180 uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
90 dagen;
€ 620,95 (zegge: zeshonderdtwintig euro en vijfennegentig cent), bestaande uit € 94,95 aan materiële schade en € 526,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 25 juli 2019 tot aan de dag van voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 620,95(hoofdsom,
zegge: zeshonderdtwintig euro en vijfennegentig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
12 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;