Op 27 augustus 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. Het verzoekschrift was ingediend op 20 augustus 2020, met als doel de op 19 augustus 2020 opgelegde crisismaatregel te verlengen. Bij het verzoekschrift waren verschillende bijlagen gevoegd, waaronder een afschrift van de eerdere beslissing en medische verklaringen. De mondelinge behandeling vond plaats op dezelfde dag, waarbij de betrokkenen telefonisch werden gehoord vanwege de coronamaatregelen. De rechtbank constateerde dat de officier niet ter zitting was verschenen, omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de zitting op 21 augustus 2020 had moeten plaatsvinden, maar werd aangehouden vanwege onduidelijkheid over de verblijfplaats van de betrokkene. De uiterste beslisdatum was 24 augustus 2020, waarna de crisismaatregel verviel. De rechtbank overwoog dat de betrokkene, die bekend is met ernstig gebruik van GHB en cannabis, bereid was om vrijwillig mee te werken aan een detox-traject. De rechtbank had voldoende vertrouwen in de wensen van de betrokkene, die onder instemming vielen zoals bedoeld in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz).
Uiteindelijk heeft de rechtbank het verzoek tot voortzetting van de crisismaatregel afgewezen. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open. De beschikking is mondeling gegeven door rechter M.L. Sandberg-Crommelin en schriftelijk uitgewerkt door griffier J. Smolders op 4 september 2020.