Uitspraak
VONNIS (ontneming)
[naam veroordeelde] ,
€ 108.718,- (zegge: éénhonderdachtduizendzevenhonderdachttien euro);
mr. V.F. Milders, voorzitter,
Rechtbank Rotterdam
In deze ontnemingszaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 18 september 2020 uitspraak gedaan naar aanleiding van een vordering van de officier van justitie, mr. J.M. Bonnes. De veroordeelde was eerder veroordeeld voor medeplegen van oplichting, waarbij hij samen met anderen VodafoneZiggo Group B.V. heeft bewogen tot afgifte van aanzienlijke geldbedragen. De rechtbank heeft vastgesteld dat het wederrechtelijk verkregen voordeel van de veroordeelde op € 108.718,00 wordt geschat. Dit bedrag is gebaseerd op de opbrengsten van de gepleegde oplichting tussen 16 februari 2018 en 9 januari 2020. De vordering van de officier van justitie is niet bestreden, en de rechtbank heeft geoordeeld dat de veroordeelde hoofdelijk aansprakelijk is voor de betaling van dit bedrag aan de Staat. De rechtbank heeft ook overwogen dat er geen bewijs is dat de veroordeelde momenteel of in de nabije toekomst geen draagkracht heeft. De beslissing is genomen in het kader van artikel 36e van het Wetboek van Strafrecht, dat betrekking heeft op de ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De rechtbank heeft de veroordeelde de verplichting opgelegd om het geschatte bedrag te betalen, en de duur van eventuele gijzeling is vastgesteld op maximaal 500 dagen.