Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde, te weten poging tot doodslag;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren met aftrek van voorarrest;
- oplegging van een schadevergoedingsmaatregel ten behoeve van het slachtoffer.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaren;
€ 3.250,- (zegge: drieduizendtweehonderdvijftig euro), bestaande uit € 1.250,- aan materiële schade en € 2.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 1 september 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 3.250,-(hoofdsom,
zegge: drieduizendtweehonderdvijftig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
42 dagengijzeling. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.