Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
3..Het geschil
4..De beoordeling
5..De beslissing
:
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter te Dordrecht op 3 september 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. en een gedaagde die in persoon procedeert. Zilveren Kruis vorderde betaling van een achterstallige zorgpremie van € 441,-, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De gedaagde had een zorgverzekering afgesloten en was verplicht om premie te betalen, maar had deze verplichting niet nagekomen over de periodes mei tot en met augustus 2014. De gedaagde stelde dat hij een betalingsregeling had getroffen met Flanderijn Gerechtsdeurwaarders en dat hij deze regeling volledig had nagekomen. Echter, Zilveren Kruis betwistte dit en stelde dat de regeling was vervallen omdat de gedaagde niet volledig had betaald.
De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde niet voldoende bewijs had geleverd voor zijn verweer en dat hij geen ander verweer had gevoerd tegen de vordering van Zilveren Kruis. De rechter wees de vordering van Zilveren Kruis toe, inclusief de gevorderde wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, omdat aan de wettelijke vereisten was voldaan. De gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten, die door de kantonrechter werden vastgesteld op een totaalbedrag van € 373,09. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.