Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde feit;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5,5 jaar, met aftrek van voorarrest;
- tenuitvoerlegging van het voorwaardelijk opgelegde strafdeel in de zaak met parketnummer 10/691140-17, met omzetting van de jeugddetentie in gevangenisstraf.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feit
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregel
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11..Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 5,5 (vijfeneenhalf) jaar;
€ 20.837,72 (zegge: twintigduizendachthonderdzevenendertig euro en tweeënzeventig eurocent), bestaande uit € 17.837,72 aan materiële schade en € 3.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 17 oktober 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 20.837,72(hoofdsom,
zegge: twintigduizendachthonderdzevenendertig euro en tweeënzeventig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 oktober 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 20.837,72 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
139 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 21 december 2017 van de meervoudige kamer van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke jeugddetentie voor de duur van 120 dagen, in die zin dat deze vrijheidsstraf wordt omgezet in een gevangenisstraf van voormelde duur.