ECLI:NL:RBROT:2020:7567
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet van werknemer in verband met overtreding van coronamaatregelen
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 28 augustus 2020 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van een werknemer, [verzoeker], die op staande voet was ontslagen door zijn werkgever, Burger Food Restaurants I B.V. (hierna: Burger King). De werknemer was sinds 15 oktober 2001 werkzaam als Assistent Manager bij een vestiging van Burger King en had een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Het ontslag vond plaats op 16 maart 2020, nadat de werknemer het restaurant had geopend ondanks duidelijke instructies van de werkgever en overheidsmaatregelen in het kader van de coronacrisis. De werknemer had in de veronderstelling verkeerd dat de vestiging met een drive thru tot 18:00 uur open mocht blijven, maar de kantonrechter oordeelde dat hij had moeten begrijpen dat de restaurants gesloten moesten blijven. De kantonrechter concludeerde dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig was, omdat de werknemer een gevaarzettende situatie had gecreëerd door de coronamaatregelen te negeren. Het verzoek van de werknemer om het ontslag onterecht te verklaren werd afgewezen, en de proceskosten werden gecompenseerd.