Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- de dagvaarding van 7 februari 2019 met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- de oproepingsbrief van de rechtbank van 10 juli 2019, waarin een comparitie van partijen is gelast,
- het proces-verbaal van comparitie van 19 november 2019 en de daarin genoemde akten van [eiser] , met producties, en brief van Allianz, met productie, en de als bijlagen aan het proces-verbaal gehechte ter zitting overgelegde pleitaantekeningen van mrs. Van Dijk en Dekker en pleitnotities van mr. Haase,
- het faxbericht van mr. Dekker van 12 december 2019 met een reactie op het proces-verbaal,
- het faxbericht van 30 december 2019 van mr. Haase met een reactie op het proces-verbaal,
- de akte van [eiser] van 18 december 2019 met productie,
- de akte uitlating producties van Allianz,
- de brief van de rechtbank van 7 februari 2020 aan partijen in reactie op het faxbericht van mr. Haasse van 31 december 2019 en de reactie hierop van mr. Dekker van 6 januari 2020.
2..De feiten
“Betrokkene is volledig ongeschikt tot het verrichten van alle ambachtelijke taken die behoren tot het werk van loodgieter.”
- Betrokkene is vakgericht opgeleid en heeft een vrij eenzijdige werkervaring;
- Betrokkene heeft nare ervaringen met het werken in loondienst, wat naar verluidt een belangrijke reden is geweest om als zelfstandig ondernemer verder te gaan;
- Betrokkene vindt het moeilijk aan te geven in welke andere richtingen hij zijn arbeidzaam leven zou willen vervolgen. Dieren, de natuur en geschiedenis hebben zijn interesse, maar hij meent ook het liefst solo te willen werken, niet met andere mensen te hoeven werken. Dat is in de praktijk bijzonder moeilijk, zo niet onmogelijk te realiseren, zeker niet in loondienst;
- Betrokken is nauwelijks computervaardig (…);
- Betrokkene is al weer lange tijd uit het arbeidsproces (…);
- Betrokkene heeft een specifieke mening over werk en de samenleving (…);
- Betrokkene heeft weliswaar aangegeven voor begeleiding open te staan, maar meent ook dat er van die begeleiding geen sprake zou hoeven zijn, als partijen in de letselschaderegeling zouden doen wat zij volgens hem zouden moeten doen; zo snel mogelijk regelen. De vraag is dan of betrokkene over zijn bezwaren kan heenstappen, zich volledig en zonder reserves wil inzetten tijdens een begeleiding.
CONCLUSIE:
3..Het geschil
4..De beoordeling
Verlies van arbeidsvermogen
Primaire verweer Allianz
mogelijkemethode om de schade te berekenen. Uit deze door Allianz genoemde arresten kan dan ook niet worden opgemaakt dat de door haar voorgestane wijze van schadeberekening gangbaar is waar het gaat om het de berekening van het verlies van arbeidsvermogen van zelfstandigen. Dit zou ook niet in overeenstemming zijn met het uitgangspunt dat de schade moet worden berekend met inachtneming van alle omstandigheden van het concrete geval. Het dossier biedt (vooralsnog) geen aanknopingspunten die erop duiden dat de concrete situatie van [eiser] gelijkenissen vertoont met de wijze waarop Allianz meent de schade te moeten berekenen. Op dit moment is de situatie – naar de rechtbank begrijpt – zo dat [eiser] nog steeds gelden uit de onderneming ontvangt. Deze zijn echter niet of niet geheel aan te merken als winstuitkering maar (ook) als lening van de onderneming aan [eiser] (zie onder meer de pleitaantekeningen van mrs. Van Dijk en Dekker randnummer 3 en het rapport van [naam arbeidsdeskundige 2] , pagina 7). Dat duidt erop dat [eiser] en [naam compagnon] mogelijk tot andere afspraken over de winstdeling zijn gekomen vanwege de beperktere inbreng van [eiser] als gevolg van het ongeval. Indien dat het geval is, is de schade die [eiser] lijdt in beginsel gelijk aan het verschil tussen het winstaandeel dat hij zou hebben ontvangen als het ongeval niet had plaatsgevonden en hij zijn werkzaamheden als loodgieter en vennoot op de gebruikelijke wijze had voortgezet en het winstaandeel dat hij thans ontvangt. De exacte wijze van schadeberekening zal in een later stadium aan de orde komen. Het primaire verweer van Allianz wordt gepasseerd.
Subsidiaire verweer Allianz
Primair en subsidiair verweer
Door de boosheid … zich niet [kan] openstellen voor alternatieven’;
nog volop in de verwerking van het ongeval lijkt te zitten’ en als gevolg daarvan ‘
lijkt er geen ruimte te zijn om met een bredere en open blik naar de toekomst te kijken’. [naam arbeidsdeskundige 1] stelt een traject voor om te onderzoeken of [eiser] in staat is tot andere werkzaamheden, echter dit onder het voorbehoud dat er geen sprake is van blokkades bij [eiser] . Die blokkades zijn er op dat moment blijkbaar (nog) wel. Dat dit traject (op een later moment) concreet aan [eiser] is voorgesteld en dat hij heeft geweigerd daaraan mee te werken, blijkt niet uit de verschillende deskundigenrapportages.
De samenwerking met betrokkene is in mijn beleving prima verlopen. Er werden afspraken gemaakt en betrokkene is die afspraken nagekomen’.
- [eiser] heeft vanaf zijn 29ste levensjaar dagelijks te kampen met pijnklachten en beperkingen;
- [eiser] kan ten gevolge van het ongeval niet langer zijn werk als loodgieter uitoefenen en zijn rol als ondernemer is gemarginaliseerd;
- [eiser] heeft zijn droom - samen met jeugdvriend [naam compagnon] een onderneming drijven - grotendeels moeten opgeven;
- [eiser] is sinds de datum van het ongeval niet langer in staat om zijn hobby's (motorrijden, kickboksen, tennis, zaalvoetbal, spinning) te beoefenen.
Smartengeldgids, zonder dat specifieke factoren die voor het individuele slachtoffer van belang zijn, goed worden uitgewerkt. Daarnaast krijgt het effect van geldontwaarding onvoldoende aandacht. [eiser] meent dat dit signaal ook in de rechtspraak weerklank heeft gevonden en verwijst naar een aantal uitspraken (ECLI:NL:RBOBR:2014:4093; ECLI:NL:GHARL: 2014:6223; ECLI:NL:RBROT:2017: 2139; ECLI:NL: RBROT:2011: BQ7057; ECLI:NL:RBROT:2013 :CA2955; ECLI: NL: RBROT:2014:9243).
- medische kosten, voor zover deze niet al zullen worden toegewezen zoals bepaald in r.o. 4.27;
- de kosten van verzorging, met inachtneming van hetgeen in r.o. 4.30 is overwogen;
- verlies van zelfwerkzaamheid, met inachtneming van hetgeen in r.o. 4.33 is overwogen.
5..De beslissing
2 september 2020voor het nemen van een akte na tussenvonnis door [eiser] ter zake hetgeen onder rechtsoverwegingen 4.54 en 4.55 is overwogen;