Uitspraak
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA),
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) een vordering ingesteld tegen een gedaagde die een factuur voor veterinaire keuringen niet had voldaan. De gedaagde had bezwaar gemaakt tegen de factuur, maar de NVWA verklaarde dit bezwaar ongegrond. De kantonrechter te Dordrecht heeft op 6 augustus 2020 uitspraak gedaan in deze civiele procedure. De rechter oordeelde dat de facturen van de NVWA als besluiten moeten worden beschouwd waartegen bezwaar en beroep openstaat op grond van de Algemene Wet Bestuursrecht (Awb). De rechter stelde vast dat de NVWA pas op 22 januari 2020 een formeel besluit had genomen op het bezwaar van de gedaagde, waardoor de factuur formele rechtskracht had gekregen. Dit betekende dat de civiele rechter geen inhoudelijke bezwaren tegen de factuur kon behandelen. De rechter heeft de vordering van de NVWA toegewezen, waarbij de gedaagde werd veroordeeld tot betaling van het factuurbedrag, vermeerderd met wettelijke rente. De gevorderde buitengerechtelijke incassokosten werden afgewezen, omdat de NVWA te laat had beslist op het bezwaar, wat de gedaagde de mogelijkheid ontnam om de factuur tijdig te betalen. De proceskosten werden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten droeg.