ECLI:NL:RBROT:2020:6951

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 juli 2020
Publicatiedatum
4 augustus 2020
Zaaknummer
8239639
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Rolbeslissing inzake productie in civiele procedure tussen eiseres en gedaagde

In de zaak tussen eiseres, vertegenwoordigd door Flanderijn Incasso Gerechtsdeurwaarders en mr. T. Laro, en gedaagde, vertegenwoordigd door mr. H.H. Renkema, heeft de kantonrechter op 17 juli 2020 een rolbeslissing genomen. Eiseres heeft op de rolzitting van 17 juni 2020 een akte ingediend, waarin zij een verklaring onder ede van een notaris heeft overgelegd als productie 9. Gedaagde heeft nog niet op deze productie kunnen reageren, en de kantonrechter heeft besloten dat gedaagde de gelegenheid krijgt om schriftelijk te reageren op de door eiseres ingediende productie. De schriftelijke reactie dient uiterlijk de dag vóór de rolzitting op 12 augustus 2020 om 12.00 uur ter griffie te zijn ontvangen. De kantonrechter heeft gedaagde erop gewezen dat het niet is toegestaan om op de rolzitting zelf nieuwe producties in te dienen. Deze beslissing is genomen door mr. K.J. Bezuijen en is uitgesproken tijdens de openbare terechtzitting.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 8239639 \ CV EXPL 19-54438
uitspraak: 17 juli 2020

rolbeslissing van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,

in de zaak van

[eiseres] ,

wonende te [woonplaats eiseres] ,
eiseres,
gemachtigde: Flanderijn Incasso Gerechtsdeurwaarders (rolgemachtigde),
mr. T. Laro te Tilburg, behandelend gemachtigde.
tegen

[gedaagde] ,

wonende te [woonplaats gedaagde] ,
gedaagde,
gemachtigde: mr. H.H. Renkema te Tilburg.
Partijen worden hierna aangeduid als “ [eiseres] ” en “ [gedaagde] ”.
De uitspraak van het vonnis, nader bepaald op heden, wordt aangehouden in verband met het volgende.
[eiseres] is in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op de door [gedaagde] bij conclusie van dupliek in het geding gebrachte productie. [eiseres] heeft van deze gelegenheid gebruik gemaakt en heeft op de rolzitting van 17 juni 2020 een akte ingediend.
Bij laatstgenoemde akte heeft [eiseres] tevens als productie 9 een afschrift van een door haar onder ede bij eKo notaris te Zwijndrecht afgelegde verklaring, gedateerd 20 mei 2020, in het geding gebracht.
Aangezien [gedaagde] nog niet op de door [eiseres] bij haar laatste akte overgelegde productie heeft kunnen reageren, zal hij hiertoe alsnog in de gelegenheid worden gesteld.
De kantonrechter verwijst de zaak daartoe naar de openbare terechtzitting van de kantonrechter van
woensdag 12 augustus 2020 te 14.30 uuralwaar [gedaagde] zich,
uitsluitendover de door [eiseres] bij akte van 17 juni 2020 overgelegde productie, schriftelijk dient uit te laten.
De kantonrechter wijst [gedaagde] er uitdrukkelijk op dat het hem niet toegestaan is op de hiervoor genoemde rolzitting zelf nieuwe producties in het geding te brengen.
De schriftelijke reactie dient in tweevoud ingestuurd te worden en uiterlijk de dag vóór genoemde rolzitting om 12.00 uur ter griffie ontvangen te zijn. [gedaagde] kan het processtuk ook zelf of door tussenkomst van een gemachtigde indienen op genoemde rolzitting.
Deze beslissing is gegeven door mr. K.J. Bezuijen en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
44487