Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- primair: overbrenging van de verdachte naar het Pieter Baan Centrum ex artikel 317 van het Wetboek van Strafvordering (Sv);
- subsidiair: veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
vande servicebalie heeft getrokken, en
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 24 (vierentwintig) maanden;
€ 1.000,= (zegge: duizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 1] te betalen
€ 1.000,=(hoofdsom,
zegge: duizend euro),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 1.000,= gijzeling zal worden toegepast voor de duur van
20 dagen; toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 1.176,42 (zegge: duizend honderdzesenzeventig euro en tweeënveertig cent), bestaande uit € 116,42 aan materiële schade en € 1.060,= aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 2] te betalen
€ 1.176,42 (hoofdsom, zegge: duizend honderdzesenzeventig euro en tweeënveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 1.176,42 gijzeling zal worden toegepast voor de duur van
31 dagen; toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 1.000,= (zegge: duizend euro),bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde 3] te betalen
€ 1.000,=(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 mei 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 1.000,= gijzeling zal worden toegepast voor de duur van
20 dagen; toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 16.515,61 (zegge: zestienduizend vijfhonderdvijftien euro en eenenzestig cent),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij ING bank N.V. te betalen
€ 16.515,61 (hoofdsom, zegge: zestienduizend vijfhonderdvijftien euro en eenenzestig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 25 mei 20169 tot aan de dag van de algehele voldoening; beveelt dat bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal van het bedrag van € 16.515,61 gijzeling zal worden toegepast voor de duur van
117 dagen; toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;