Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 6 ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4 en 5 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 365 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 265 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 3 jaren en als bijzondere voorwaarde dat de verdachte zich zal gedragen naar de aanwijzingen van de reclassering;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 240 uren, te vervangen door 120 dagen hechtenis indien de verdachte de taakstraf niet naar behoren uitvoert.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straffen
- een voortgangsverslag gedateerd 21 oktober 2019;
- een adviesverslag gedateerd 4 maart 2020;
- een voortgangsverslag gedateerd 24 juni 2020.
- meldplicht bij reclassering;
- ambulante behandeling;
- begeleid wonen of maatschappelijke opvang;
- drugsverbod.
8..In beslag genomen voorwerpen
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 14a, 14b, 14c, 14d, 22c, 22d, 36b, 36d, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht;
- 13 en 55 Wet Wapens en munitie;
- 1a, onder 1, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten;
- 9.2.2.1 Wet milieubeheer;
- 1.2.2, tweede en derde lid van het Vuurwerkbesluit.
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van driehonderdvijfenzestig (365) dagen;
tweehonderdvijfenzestig (265) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
tweehonderdveertig (240) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
honderdtwintig (120) dagen;
verklaart onttrokken aan het verkeer: