Op 8 juli 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven betreffende een zorgmachtiging voor een betrokkene die lijdt aan schizofrenie. Het verzoek tot zorgmachtiging werd ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam op 19 juni 2020. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene, die op dat moment in een accommodatie verbleef, niet in staat was om vrijwillig de benodigde zorg te accepteren. Tijdens de mondelinge behandeling op 6 juli 2020 werd de betrokkene gehoord, samen met zijn advocaat en twee psychiaters. De rechtbank oordeelde dat de medische verklaring die op 2 april 2020 was opgesteld, niet voldeed aan de eisen van het Europese Hof voor de Rechten van de Mens, omdat deze niet actueel was. Een nieuwe medische verklaring werd op 7 juli 2020 overgelegd, maar de betrokkene toonde onvoldoende bereidheid om vrijwillige zorg te accepteren. De rechtbank concludeerde dat verplichte zorg noodzakelijk was om ernstig nadeel voor de betrokkene en anderen te voorkomen. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor een periode van zes maanden, met de mogelijkheid tot het toedienen van medicatie, beperking van de bewegingsvrijheid en opname in een accommodatie. De beschikking is gegeven door mr. M.L.H. Gelauff, rechter, in tegenwoordigheid van M. Mesiha, griffier.