In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 3 april 2020 een tussenvonnis gewezen in een geschil tussen Capabel Onderwijs Groep B.V. en een gedaagde, die een onderwijsovereenkomst had gesloten voor de opleiding Secretaresse. De gedaagde had de opleiding niet gevolgd en stelde dat zij niet hoefde te betalen omdat zij nooit een antwoord had gekregen op haar verzoek om vrijstellingen. Capabel vorderde betaling van € 5.022,14, bestaande uit opleidingskosten, rente en buitengerechtelijke incassokosten. De kantonrechter oordeelde dat de overeenkomst op 13 oktober 2014 door Capabel was ontbonden vanwege meer dan 20% verzuim van de gedaagde. De rechter stelde vast dat de schadevergoedingsregeling in de algemene voorwaarden van Capabel onredelijk bezwarend was voor de gedaagde, waardoor deze vernietigd werd. De kantonrechter concludeerde dat de gedaagde tekort was geschoten in haar verplichtingen, maar dat de onduidelijkheid over de vrijstellingen grotendeels aan Capabel te verwijten was. De zaak werd verwezen naar de rolzitting voor verdere toelichting over de gemaakte kosten door Capabel.