ECLI:NL:RBROT:2020:5907
Rechtbank Rotterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Ontruiming gehuurde woning wegens hennepkwekerij en afwijzing vordering tot betaling toekomstige huurpenningen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 25 juni 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Rembrandt Propco III B.V. en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres, Rembrandt, heeft de ontruiming van een gehuurde woning gevorderd, omdat de gedaagde een hennepkwekerij in de woning had geëxploiteerd. De huurovereenkomst, die sinds 6 mei 2010 van kracht is, bevatte bepalingen die het gebruik van de woning voor dergelijke activiteiten verbieden. De gemeente Rotterdam had op 28 april 2020 een hennepkwekerij aangetroffen, wat leidde tot een gevaarlijke situatie door brand- en elektrocutiegevaar. Rembrandt vorderde ook betaling van achterstallige huur, maar de kantonrechter wees de vordering tot betaling van toekomstige huurpenningen af, omdat de gedaagde de lopende huur tijdig had betaald. De kantonrechter oordeelde dat er voldoende redenen waren voor ontruiming, gezien de ernstige tekortkomingen van de gedaagde in de nakoming van de huurovereenkomst. De ontruimingstermijn werd vastgesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis, en de gedaagde werd veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en de proceskosten.