ECLI:NL:RBROT:2020:5656
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurzaak met ontbinding en ontruiming wegens huurachterstand
In deze huurzaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 26 juni 2020 uitspraak gedaan in de zaak tussen Stichting Woonstad Rotterdam en een gedaagde. De eiseres, Woonstad, had de gedaagde aangesproken op een huurachterstand van € 3.586,77, die op 4 maart 2020 was voldaan. De procedure begon met een dagvaarding op 21 januari 2020, waarin Woonstad ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde eiste. Tijdens de procedure heeft Woonstad haar eis verminderd en geen ontbinding en ontruiming meer gevorderd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand inmiddels was voldaan en dat er geen rechtens te respecteren belang meer was bij de vordering tot betaling van de huurpenningen vanaf februari 2020. De vordering tot betaling van wettelijke rente over de huurachterstand tot de dag van algehele voldoening is toegewezen, evenals de proceskosten, die op € 601,96 aan verschotten en € 420,- aan salaris voor de gemachtigde zijn vastgesteld. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld in de proceskosten en het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.