In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 juni 2020 uitspraak gedaan in een verzetprocedure tegen een faillissementsverklaring. Verzoeker, vertegenwoordigd door advocaat mr. B. Temeltasch, heeft verzet aangetekend tegen het vonnis van 12 mei 2020, waarbij hij in staat van faillissement was verklaard op verzoek van de verweerster, [naam] AUTOVERHUUR & LEASE B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. H.H.M. Meijroos. De rechtbank ontving het verzoekschrift op 26 mei 2020 en heeft op 23 juni 2020 vernomen dat verzoeker de faillissementskosten heeft voldaan. Tevens heeft de advocaat van de verweerster op 24 juni 2020 gemeld dat partijen een betalingsregeling hebben getroffen. De rechtbank heeft, met instemming van partijen en de curator, uitspraak gedaan op basis van de ingediende stukken.
De rechtbank heeft vastgesteld dat het verzet tijdig is ingesteld en dat verzoeker ontvankelijk is in zijn verzoek. Op basis van het verzetschrift en de berichten van verzoeker en de curator heeft de rechtbank geconcludeerd dat er geen summiere aanwijzingen zijn dat verzoeker in de toestand verkeert van te hebben opgehouden te betalen. Daarom heeft de rechtbank het vonnis van 12 mei 2020 vernietigd en het salaris van de curator vastgesteld op € 2.529,45, exclusief omzetbelasting, dat ten laste van verzoeker wordt gebracht. De uitspraak is openbaar uitgesproken door mr. F. Damsteegt-Molier, rechter, in aanwezigheid van griffier mr. M. Mouthaan. Tegen deze uitspraak kan binnen acht dagen hoger beroep worden ingesteld door degene aan wie de Faillissementswet dat recht toekent.