Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
- de dagvaarding van 27 mei 2020, met producties;
- de e-mail van mr. Beekman van 4 juni 2020 met als bijlage een overzicht van de huurachterstand tot en met juni 2020.
2..De vaststaande feiten
9.1 Huurder zal het gehuurde als een goed huurder en overeenkomstig de daaraan gegeven bestemming van woonruimte gebruiken.
3..Het geschil
- [gedaagde] te veroordelen om de woning binnen vijf dagen na betekening van dit vonnis, met alle zich daarin bevindende personen en/of zaken te ontruimen en te verlaten en door afgifte der sleutels aan Woonstad ter beschikking te stellen;
- [gedaagde] te veroordelen tot betaling aan eiseres van € 1.326,-, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf de dag van dagvaarding tot de datum der algehele voldoening;
- [gedaagde] te veroordelen tot betaling aan Woonstad van de maandelijks verschuldigde huur ad € 442,- per maand, vanaf 1 maart 2020 tot de datum waarop Woonstad de beschikking over de woning heeft, te vermeerderen met wettelijke rente;
- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van buitengerechtelijke kosten ad € 462,50, te vermeerderen met wettelijke rente;
- [gedaagde] te veroordelen tot betaling van de proceskosten, inclusief de nakosten.
4..De beoordeling
5..De beslissing
€ 480,- aan salaris gemachtigde,