Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam gedaagde 2],
[naam gedaagde 3],
1.De procedure
- de dagvaarding van 17 juli 2018,
- de akte houdende overlegging producties van [naam eiseres 1] en [naam eiseres 2] , met producties 1 t/m 4,
- de conclusie van antwoord van [naam gedaagde 1] (destijds reeds failliet), AKB en [naam gedaagde 2] , met producties 1 t/m 11, tevens houdende een door AKB ingestelde eis in reconventie,
- de conclusie van antwoord van [naam gedaagde 3] ,
- de brief van de rechtbank van 10 april 2019, waarin een comparitie is bepaald,
- de akte houdende producties ter comparitie, tevens uitlating toepasselijk recht, tevens conclusie van antwoord in reconventie van [naam eiseres 1] en [naam eiseres 2] , met producties 5 t/m 14,
- het proces-verbaal van comparitie, gehouden op 16 juli 2019,
- de spreekaantekeningen van de advocaten van de ter comparitie verschenen partijen.
2.De feiten
[naam gedaagde 1]
performance guarantees (parent company)” (hierna: de garanties) tegenover [naam eiseres 1] en [naam eiseres 2] verbonden om de op [naam gedaagde 1] rustende verbintenissen uit de overeenkomsten van 9 juni 2017 na te komen in het geval van een tekortkoming door [naam gedaagde 1] . Verder bepaalt artikel 1 sub e van de garanties:
andto honor the Contracts by paying all amounts [naam eiseres 2] owes [naam gedaagde 1] and [naam bedrijf 4] under the Contracts.