Op 2 juni 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een zorgmachtiging verleend aan betrokkene, die lijdt aan schizofrenie en andere psychotische stoornissen. De beslissing volgde op een verzoek van de officier van justitie, ingediend op 20 mei 2020, en was gebaseerd op een mondelinge behandeling waarbij betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren. De rechtbank oordeelde dat betrokkene, die verblijft in een Trainingshuis, verplichte zorg nodig heeft om ernstig nadeel te voorkomen, waaronder risico op lichamelijk letsel en maatschappelijke teloorgang. De rechtbank concludeerde dat er geen mogelijkheden voor vrijwillige zorg zijn, aangezien betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling op vrijwillige basis te accepteren. De advocaat van betrokkene pleitte voor afwijzing van de zorgmachtiging, maar de rechtbank oordeelde dat de voorgestelde verplichte zorg noodzakelijk is en verleende de machtiging voor een periode van zes maanden, tot en met 2 december 2020. De rechtbank achtte de zorgmachtiging noodzakelijk om de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en hem te helpen zijn autonomie te herwinnen. De beschikking werd mondeling gegeven door mr. L.R. Prins en schriftelijk uitgewerkt op 9 juni 2020.