Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
geboren op [geboortedatum veroordeelde] te [geboorteplaats veroordeelde] ,
1..Procesverloop
2..Standpunt van partijen
3..Adviezen
4..Beoordeling
5..Beslissing
.
Rechtbank Rotterdam
Op 19 mei 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de verlenging van de PIJ-maatregel voor een jeugdige veroordeelde. De PIJ-maatregel was oorspronkelijk opgelegd op 17 april 2018 ter zake van poging tot afpersing en poging tot diefstal met geweld. De termijn van de maatregel was gestart op 4 mei 2018. Op 9 april 2020 heeft het openbaar ministerie een vordering tot verlenging van de PIJ-maatregel ingediend, vergezeld van adviezen van de inrichting en deskundigen. Tijdens de zitting op 19 mei 2020 zijn de officier van justitie, de veroordeelde, zijn raadsvrouw en deskundigen gehoord. De officier van justitie pleitte voor een verlenging van de maatregel met tien maanden, terwijl de veroordeelde en zijn raadsvrouw een verlenging van maximaal zes maanden verzochten, met het oog op het starten van een scholings- en trainingsprogramma.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de verlenging van de PIJ-maatregel noodzakelijk is voor de verdere ontwikkeling van de veroordeelde. Ondanks positieve ontwikkelingen in zijn behandeling, zoals deelname aan een stage en het volgen van therapieën, is er nog steeds behoefte aan verdere behandeling en begeleiding. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de veiligheid van anderen en de ontwikkeling van de veroordeelde de verlenging van de maatregel met tien maanden eisen. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie toegewezen, waardoor de PIJ-maatregel eindigt op 14 maart 2021, behoudens verdere verlenging.