ECLI:NL:RBROT:2020:5030

• Datum uitspraak: 2 juni 2020
• Publicatiedatum: 8 juni 2020
• Zaaknummer: FT EA 20-668
• Instantie: Rechtbank Rotterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Civiel recht; Insolventierecht
• Procedures: Eerste aanleg - enkelvoudig
• Rechters: J.C.A.T. Frima; F. Damsteegt-Molier; C.G.E. Prenger; L.Th.A. Boender
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Faillietverklaring van [achternaam] Gerechtsdeurwaarders B.V. en tijdelijke regeling inzake insolventiezaken door coronacrisis

Op 2 juni 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid [achternaam] GERECHTSDEURWAARDERS B.V., die failliet is verklaard. De rechtbank heeft deze zaak overgenomen van de rechtbank Den Haag, die op 29 mei 2020 had besloten de behandeling van het verzoek ter verdere behandeling te verwijzen. Tijdens de zitting op 2 juni 2020 is mr. J.D. van Vlastuin, de advocaat van de aangeefster, telefonisch in raadkamer gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat er summierlijk feiten of omstandigheden zijn die aantonen dat de aangeefster in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen. Dit is in overeenstemming met artikel 3 lid 1 van de Verordening (EU) 2015/848, waardoor de rechtbank bevoegd is deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen, aangezien het centrum van de voornaamste belangen van de aangeefster in Nederland ligt. De rechtbank heeft vervolgens de besloten vennootschap [achternaam] GERECHTSDEURWAARDERS B.V. in staat van faillissement verklaard. Tevens zijn mr. F. Damsteegt-Molier en mr. C.G.E. Prenger benoemd tot rechters-commissarissen, en mr. L.Th.A. Boender is aangesteld als curator. De curator is opgedragen om brieven en telegrammen aan de gefailleerde te openen. Dit vonnis is uitgesproken ter openbare terechtzitting van 2 juni 2020 om 10:00 uur door mr. J.C.A.T. Frima, rechter, in aanwezigheid van mr. M. Mouthaan, griffier.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie

Insolventienummer: [nummer 1]

Uitspraak: 2 juni 2020

VONNIS op de aangifte tot faillietverklaring (rekestnummer: [nummer 2] / FT EA 20/668) van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

[achternaam] GERECHTSDEURWAARDERS B.V. ,

kantoorhoudende aan de Pompoenweg 15

2321 DK Leiden,

alsmede kantoorhoudende aan de Euclideslaan 73

3584 BM Utrecht,

alsmede kantoorhoudende aan de St. Ignatiusstraat 267

4817 KK Breda,

statutair gevestigd te Leiden,

aldaar tevens handelend onder de naam: [achternaam] Incasso, [achternaam] Gerechtsdeurwaarders en Incassobureau, LAVG Zuid, LAVG Zuid Holding, [achternaam] Gerechtsdeurwaarders, [achternaam] Incassobureau, [achternaam] Gerechtsdeurwaarders en Incasso, en [achternaam] ,

aangeefster,

advocaat: mr. J.D. van Vlastuin.

1. De procedure

De rechtbank Den Haag heeft bij vonnis van 29 mei 2020 de behandeling van het verzoek ter (verdere) behandeling verwezen naar deze rechtbank.

Op 2 juni 2020 heeft de rechtbank mr. J.D. van Vlastuin, advocaat van aangeefster, telefonisch in raadkamer gehoord.

2. De beoordeling

De rechtbank oordeelt dat summierlijk is gebleken van feiten of omstandigheden die aantonen dat aangeefster in de toestand verkeert dat zij heeft opgehouden te betalen.

De rechtbank is, gelet op het bepaalde in artikel 3 lid 1 Verordening (EU) 2015/848 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie, bevoegd deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen nu het centrum van voornaamste belangen van aangeefster in Nederland ligt.

3. De beslissing

De rechtbank,

- verklaart [achternaam] GERECHTSDEURWAARDERS B.V. voornoemd in staat van faillissement;

- benoemt tot rechters-commissarissen mr. F. Damsteegt-Molier en mr. C.G.E Prenger, leden van deze rechtbank;

- stelt aan tot curator mr. L.Th.A. Boender, advocaat te Rotterdam;

- geeft last aan de curator tot het openen van brieven en telegrammen aan de gefailleerde gericht.

Dit vonnis is gewezen door mr. J.C.A.T. Frima, rechter, en in aanwezigheid van mr.

M. Mouthaan, griffier, uitgesproken ter openbare terechtzitting van 2 juni 2020 te 10:00 uur.