Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- mr. drs. P.A. Visser, advocaat van verzoeker;
- [(middellijk) bestuurder] , (middellijk) bestuurder van verweerster.
Rechtbank Rotterdam
Op 6 mei 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de faillissementszaak van Z TAXI B.V. Het verzoek tot faillietverklaring was ingediend door een werknemer die vorderingen had op de vennootschap uit hoofde van een arbeidsovereenkomst. De werknemer stelde dat de vennootschap in betalingsproblemen verkeerde en dat er meerdere schulden onbetaald waren. De rechtbank heeft de zaak behandeld onder de Tijdelijk afwijkende regeling Insolventiezaken rechtbanken vanwege de bijzondere omstandigheden door de coronacrisis (TARIC). Tijdens de zitting is de advocaat van de verzoeker, mr. drs. P.A. Visser, gehoord, evenals de (middellijk) bestuurder van de verweerster. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verweerster op 6 november 2019 is opgehouden te bestaan, maar dat er mogelijk nog baten aanwezig zijn, wat aanleiding gaf tot het faillissementsverzoek. De rechtbank overwoog dat er summierlijk bewijs was van de toestand van de verweerster en dat er voldoende aanwijzingen waren dat er nog baten aanwezig waren, onder andere door een vaststellingsovereenkomst die na het ontbindingsbesluit was aangegaan. De rechtbank heeft het verzoek tot faillietverklaring toegewezen en benoemde mr. B.A. Cnossen tot rechter-commissaris en mr. B.J. Nauta tot curator. De uitspraak werd openbaar gedaan op 6 mei 2020.