ECLI:NL:RBROT:2020:4236

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
24 april 2020
Publicatiedatum
11 mei 2020
Zaaknummer
C/10/595182 / FA RK 20-2757
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg voor betrokkene met schizofrenie en verslavingsproblematiek

Op 24 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een zorgmachtiging verleend aan de betrokkene, die lijdt aan schizofrenie, cannabisafhankelijkheid en alcoholmisbruik. De beslissing volgde op een verzoek van de officier van justitie, ingediend op 17 april 2020, en was gebaseerd op de noodzaak van verplichte zorg om ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene, die momenteel verblijft in GGZ Delfland, niet gemotiveerd is voor behandeling en geen ziektebesef heeft. Tijdens de mondelinge behandeling zijn verschillende deskundigen gehoord, waaronder de advocaat van de betrokkene en een psychiater van GGZ Delfland. De rechtbank concludeerde dat er geen mogelijkheden voor zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren.

De rechtbank heeft de criteria voor verplichte zorg, zoals vastgelegd in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), toegepast en vastgesteld dat het gedrag van betrokkene leidt tot ernstig nadeel. De rechtbank heeft de verzochte vormen van verplichte zorg goedgekeurd, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De zorgmachtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 24 oktober 2020. Deze beschikking is mondeling gegeven door rechter D.C.J. Peeck en schriftelijk uitgewerkt op 11 mei 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/595182 / FA RK 20-2757
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 24 april 2020 betreffende een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betrokkene] , [postcode] [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in GGZ Delfland, locatie Dr. Noletstraat te Schiedam,
advocaat mr. A.W. Grijseels te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 17 april 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 de medische verklaring opgesteld door A. Allahbakhshi, psychiater, van 7 april 2020;
 het zorgplan van 6 april 2020 met bijlagen;
 de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
 de relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 24 april 2020. Bij die gelegenheid zijn op grond van artikel 2 Tijdelijke wet COVID-19 Justitie en Veiligheid de navolgende personen telefonisch gehoord, omdat het houden van een fysieke zitting vanwege het coronavirus niet mogelijk was:
 betrokkene en zijn hierboven genoemde advocaat;
 [naam AIOS] , AIOS, en
 [naam psychiater] , psychiater, beiden verbonden aan GGZ Delfland, locatie Dr. Noletstraat.
1.3.
De officier is niet gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Criteria zorgmachtiging
2.1.1.
De rechter kan op verzoek van de officier een zorgmachtiging verlenen ten aanzien van de betrokkene wanneer wordt voldaan aan de criteria en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:3 en 3:4 Wvggz. Verplichte zorg is zorg die ondanks verzet kan worden verleend.
Indien het gedrag van de betrokkene als gevolg van een psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, kan als uiterste middel verplichte zorg worden verleend, indien er geen mogelijkheden voor zorg op basis van vrijwilligheid zijn, er voor betrokkene geen minder bezwarende alternatieven met het beoogde effect zijn, het verlenen van verplichte zorg gelet op het beoogde doel evenredig is en redelijkerwijs te verwachten is dat het verlenen van verplichte zorg effectief is.
Verplichte zorg kan worden verleend om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, of de fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen in het geval diens gedrag als gevolg van zijn psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel daarvoor.
2.1.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten schizofreniespectrum-en andere psychotische stoornissen en middelgerelateerde en verslavingsstoornissen.
2.1.3.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op ernstig lichamelijk letsel, ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang alsmede de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van andere oproept.
Betrokkene is bekend met schizofrenie, cannabisafhankelijkheid en alcoholmisbruik. Betrokkene heeft een verleden binnen de GGZ en hij is chronisch psychotisch ondanks zijn medicatie. Hoewel op dit moment geen sprake van agressie is, kan betrokkene in psychotische episodes (fors) agressief gedrag vertonen. Betrokkene verkeerde in een sociaal isolement, sloot zich op in zijn zwaar vervuilde woning, stookte zelf alcohol en had een tekort aan vitamine D. Betrokkene is het niet eens met de gestelde diagnose en is niet gemotiveerd voor behandeling. Betrokkene heeft geen enkel ziekte besef of inzicht en zonder een zorgmachtiging zal betrokkene direct stoppen met zijn noodzakelijke medicatie.
2.2.
Verplichte zorg
2.2.1.
Om ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene verplichte zorg nodig.
2.2.2.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren.
Ter zitting verklaart de AIOS dat de thuissituatie dermate zorgelijk was dat een opname noodzakelijk was. De woning was vervuild en betrokkene nam minder medicatie in dan was voorgeschreven. Betrokkene liet de ambulante hulpverlening niet meer toe. Binnen de kliniek is de dosering van de medicatie verhoogd waarna een lichte verbetering is te zien. De AIOS ziet wel nog een psychotisch toestandsbeeld. Betrokkene hoort stemmen, lacht in zichzelf, ziet dingen die door anderen niet worden waargenomen en hij kijkt veel achterom. Het volledige effect van de huidige medicatie zal pas duidelijk zijn na een aantal weken. De opname hoeft niet al te lang te duren maar betrokkene moet eerst voldoende stabiel zijn, voordat hij naar huis kan.
Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
 het toedienen medicatie;
 het verrichten van medische controles;
 het beperken van de bewegingsvrijheid, bij een opname;
 het insluiten, bij een opname;
 het uitoefenen van toezicht op betrokkene, bij een opname;
 het onderzoek aan kleding of lichaam, bij een opname;
 het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen, bij een opname;
 het controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen, bij een opname;
 het opnemen in een accommodatie.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.2.3.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.2.4.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.2.2. kunnen worden getroffen voor de duur van de machtiging;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 24 oktober 2020.
Deze beschikking is op 24 april 2020 mondeling gegeven door mr. D.C.J. Peeck, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 11 mei 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.