ECLI:NL:RBROT:2020:4095

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 mei 2020
Publicatiedatum
6 mei 2020
Zaaknummer
8261817 CV EXPL 20-1434
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van vordering wegens niet dagvaarden van bewindvoerder

In deze zaak heeft Ziggo Services B.V. (voorheen UPC Nederland B.V.) een vordering ingesteld tegen een gedaagde die onder bewind staat. Ziggo vorderde betaling van een bedrag van € 387,62, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten, wegens onbetaalde facturen voor kabeltelevisie en internet. De gedaagde heeft echter aangevoerd dat Ziggo niet-ontvankelijk is in haar vordering, omdat zij de verkeerde partij heeft gedagvaard. Ziggo was voor het uitbrengen van de dagvaarding op de hoogte van het bewind en had de bewindvoerder moeten dagvaarden. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het bewind op 1 november 2018 was uitgesproken en dat Ziggo per brief op 8 november 2019 op de hoogte was gesteld van het openstaande saldo van haar vordering. De rechter oordeelde dat het bewind geldig was, ook al was het niet gepubliceerd in het curatele- en bewindregister. Tijdens het bewind is de bewindvoerder verantwoordelijk voor het beheer van de goederen van de onder bewind gestelde persoon en vertegenwoordigt hij deze in en buiten rechte. Aangezien Ziggo niet de bewindvoerder heeft gedagvaard, werd zij niet-ontvankelijk verklaard in haar vordering. De rechter heeft Ziggo ook veroordeeld in de proceskosten van de gedaagde, die zijn begroot op € 72,- aan salaris voor de gemachtigde.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
zaaknummer: 8261817 CV EXPL 20-1434
uitspraak: 1 mei 2020
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Ziggo Services B.V.,
voorheen genaamd UPC Nederland B.V.,
gevestigd te Utrecht,
eiseres,
gemachtigde: LAVG gerechtsdeurwaarders,
tegen
[gedaagde],
wonende te [woonplaats gedaagde]
gedaagde,
gemachtigde: Stichting Veritas Vertegenwoordiging.
Partijen worden hierna aangeduid als “Ziggo” en “ [gedaagde] ”.
Verloop van de procedure
Het verloop van de procedure blijkt uit:
het exploot van dagvaarding van 18 december 2019, met producties;
de conclusie van antwoord, met producties;
de conclusie van repliek, met producties;
de conclusie van dupliek.
1. Omschrijving van het geschil
1.1 Ziggo heeft gevorderd om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te veroordelen aan haar te betalen € 387,62, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 333,45 vanaf
5 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
1.2 Ziggo legt het navolgende aan de vordering ten grondslag. Ziggo heeft met [gedaagde] een abonnement voor kabeltelevisie en internet afgesloten. De facturen over de periode van augustus 2017 tot en met februari 2018 zijn onbetaald gebleven. Wegens wanbetaling heeft Ziggo deze overeenkomst per 1 maart 2018 beëindigd. Naast een bedrag van € 333,45 aan hoofdsom vordert zij een bedrag van € 14,17 aan vervallen wettelijke rente en een bedrag van € 40,- aan buitengerechtelijke incassokosten.
1.3 Namens [gedaagde] wordt het volgende aangevoerd. Ziggo is niet-ontvankelijk in haar vordering, zij heeft de verkeerde partij gedagvaard. [gedaagde] staat onder bewind en daarvan was (de gemachtigde van) Ziggo al voor het uitbrengen van de dagvaarding op de hoogte.

2..Beoordeling van het geschil

2.1
Het bewind is uitgesproken bij beschikking van deze rechtbank van 1 november 2018. Ziggo erkent dat zij per brief van 8 november 2019 aan de bewindvoerder van [gedaagde] opgave heeft gedaan van het openstaande saldo van haar vordering. Zij wist dus van het bewind af. Dat het bewind niet is gepubliceerd in het curatele- en bewind register doet niets af aan de geldigheid daarvan. Tijdens het bewind komen het beheer en de beschikking over de onder bewind staande goederen niet toe aan [gedaagde] maar aan de bewindvoerder. Verder vertegenwoordigt de bewindvoerder de rechthebbende tijdens het bewind bij de vervulling van zijn taak in en buiten rechte (artikel 1:441 lid 1 BW). Hiermee strookt dat de bewindvoerder in een eventueel geding over een onder bewind gesteld goed optreedt als formele procespartij ten behoeve van de rechthebbende.
Ziggo had dan ook de bewindvoerder moeten dagvaarden. Dit heeft zij niet gedaan en zij zal daartoe ook niet meer in de gelegenheid worden gesteld. Immers, alléén als de wederpartij van de onder bewind gestelde niet met het bewind bekend was of bekend behoorde te zijn met het bewind, kan het bewind niet aan deze wederpartij worden tegengeworpen en dient gelegenheid geboden te worden de bewindvoerder alsnog in rechte te betrekken. Daar is hier geen sprake van nu, zoals gezegd, Ziggo voor het uitbrengen van de dagvaarding op de hoogte was van het bewind. Ziggo is dan ook niet-ontvankelijk in haar vordering tegen [gedaagde] . Dat de bewindvoerder in deze procedure als gemachtigde van [gedaagde] is opgetreden, maakt – anders dan door Ziggo gesteld – niet dat deze de procedure heeft overgenomen van [gedaagde] . De conclusies bevatten immers geen inhoudelijke standpunten maar slechts het formele standpunt dat Ziggo niet-ontvankelijk is.
2.2
Ziggo wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde] , tot op heden begroot op € 72,- aan salaris gemachtigde (1 punt).

3..De beslissing

De kantonrechter:
verklaart Ziggo niet-ontvankelijk in haar vordering;
veroordeelt Ziggo in de proceskosten aan de zijde van [gedaagde] , begroot op een bedrag van € 72,- aan salaris gemachtigde.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Poiesz en uitgesproken ter openbare terechtzitting.
745