ECLI:NL:RBROT:2020:3812
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Zorgmachtiging op grond van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz)
Op 2 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan schizofrenie en wiens gedrag leidt tot ernstig nadeel, waaronder verwaarlozing en maatschappelijke teloorgang. De rechtbank heeft vastgesteld dat verplichte zorg noodzakelijk is om ernstig nadeel af te wenden en de geestelijke gezondheid van de betrokkene te stabiliseren. De mondelinge behandeling vond plaats op 2 april 2020, waarbij de betrokkene, haar advocaat en een sociaal psychiatrisch verpleegkundige zijn gehoord. De officier van justitie was niet aanwezig, omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte. De rechtbank heeft de criteria voor verplichte zorg, zoals vastgelegd in de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), toegepast en geconcludeerd dat de betrokkene medicatie en toezicht door de thuiszorg nodig heeft. De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, tot en met 2 oktober 2020. De rechtbank heeft ook bepaald dat de overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg niet noodzakelijk zijn. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A. Buizer en schriftelijk uitgewerkt op 8 april 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.