In deze zaak heeft ADG Beheer B.V. een vordering ingesteld tegen Toptan B.V. en [gedaagde] met betrekking tot een huurovereenkomst voor bedrijfsruimte. De huurovereenkomst, die op 15 april 2018 is aangegaan, liep tot 31 maart 2022. ADG Beheer vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van het gehuurde, alsook betaling van achterstallige huur en boetes. De mondelinge behandeling vond plaats op 23 januari 2020, waarbij [gedaagde] in persoon verscheen, maar Toptan niet. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een betalingsachterstand was van € 23.142,10 tot en met januari 2020, en dat zowel Toptan als [gedaagde] hoofdelijk aansprakelijk zijn voor de huurverplichtingen. De kantonrechter heeft de huurovereenkomst ontbonden en Toptan veroordeeld tot ontruiming van het gehuurde binnen 14 dagen na de uitspraak. Daarnaast zijn Toptan en [gedaagde] veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur, toekomstige huurtermijnen, een contractuele boete en buitengerechtelijke incassokosten. De proceskosten zijn eveneens aan hen opgelegd. Het vonnis is uitgesproken door de rechters A.J.M. van Breevoort en K.J. Bezuijen.