ECLI:NL:RBROT:2020:3243

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
1 april 2020
Publicatiedatum
10 april 2020
Zaaknummer
C/10/593307 / FA RK 20-1792
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging in aansluiting op crisismachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg

Op 1 april 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging in aansluiting op een crisismachtiging, zoals bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek tot zorgmachtiging werd ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam op 16 maart 2020. De betrokkene, die lijdt aan een psychische stoornis met als specificatie katatonie en psychotisch door een somatische aandoening, verblijft in Antes GGZ te Rotterdam. De mondelinge behandeling vond plaats op 1 april 2020, waarbij de betrokkene en zijn advocaat, alsook een psychiater en de broer van de betrokkene telefonisch werden gehoord. De officier van justitie was niet ter zitting aanwezig.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een ernstige psychische stoornis, die leidt tot ernstig nadeel, waaronder het risico op levensgevaar en ernstige verwaarlozing. De rechtbank oordeelde dat er geen mogelijkheden voor zorg op vrijwillige basis zijn en dat verplichte zorg noodzakelijk is om het ernstig nadeel af te wenden. De rechtbank verleende de zorgmachtiging voor een periode van zes maanden, met specifieke maatregelen zoals het toedienen van voeding, medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.C. Siemons en schriftelijk uitgewerkt op 9 april 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/593307 / FA RK 20-1792
Betrokkenenummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 1 april 2020 betreffende een zorgmachtiging in aansluiting op een voortzetting crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] , [geboorteplaats betrokkene] ,
hierna: betrokkene,
wonende te [adres betrokkene] , [woonplaats betrokkene] ,
thans verblijvende in Antes GGZ, Zorgboulevard MPU te Rotterdam,
advocaat mr. J. Oversluizen te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 16 maart 2020.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
 de medische verklaring opgesteld door A. Verkuil, psychiater, van 13 maart 2020;
 de zorgkaart van 12 maart 2020 met bijlagen;
 het zorgplan van 12 maart 2020 met bijlagen;
 de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
 de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
 het bericht dat er geen relevante politiegegevens en/of de strafvorderlijke- en justitiële gegevens voor betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 1april 2020, in het gebouw van de rechtbank Rotterdam. Bij die gelegenheid zijn (conform de Tijdelijke regeling F&J rechtbanken i.v.m. Corona) telefonisch gehoord:
 betrokkene met zijn hierboven genoemde advocaat;
 [naam psychiater] , psychiater, verbonden aan Antes GGZ, Zorgboulevard MPU;
 [naam broer betrokkene] , broer van betrokkene.
1.3.
De officier is niet ter zitting verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Criteria zorgmachtiging
2.1.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 24 februari 2020, is op grond van artikel 7:7 Wvggz een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend. Tijdig, te weten op 16 maart 2020, is onderhavig verzoek ingediend.
2.1.2.
De rechter kan op verzoek van de officier een zorgmachtiging verlenen ten aanzien van de betrokkene wanneer wordt voldaan aan de criteria en de doelen van verplichte zorg als bedoeld in artikel 3:3 en 3:4 Wvggz. Verplichte zorg is zorg die ondanks verzet kan worden verleend.
Indien het gedrag van de betrokkene als gevolg van een psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel, kan als uiterste middel verplichte zorg worden verleend, indien er geen mogelijkheden voor zorg op basis van vrijwilligheid zijn, er voor betrokkene geen minder bezwarende alternatieven met het beoogde effect zijn, het verlenen van verplichte zorg gelet op het beoogde doel evenredig is en redelijkerwijs te verwachten is dat het verlenen van verplichte zorg effectief is.
Verplichte zorg kan worden verleend om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, of de fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen in het geval diens gedrag als gevolg van zijn psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel daarvoor.
2.1.3.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten psychotische stoornis door een somatische aandoening, een psychische stoornis met als specificatie katatonie en een verstandelijke beperking.
Betrokkene verblijft binnen de huidige kliniek sinds 20 februari 2020 vanwege psychotische decompensatie, met een katatoon beeld waarbij sprake is van spraakarmoede, immobiliteit en rigiditeit. Daarnaast is er sprake van een verstandelijke beperking en is betrokkene bekend met het RETT syndroom (hersenaandoening). Betrokkene is niet te betrekken in een gesprek. De aandoening katatonie is tot op heden ondanks hoge doseringen medicatie nog niet onder controle. Het gevaar op somatische verslechtering is hierdoor aanwezig.
Volgens de behandelaar is er sprake van een ernstig katatoon beeld. Op de toediening van lorazepam heeft betrokkenen gedeeltelijk gereageerd, maar het heeft geen verbetering opgeleverd. Er is ook gestart met ECT. Betrokkene heeft recentelijk een longontsteking opgelopen en is daardoor heel kwetsbaar. De behandeling voor katatonie is vaak effectief maar kost tijd. Op dit moment valt daar nog niets over te zeggen, ook vanwege de longonsteking, maar er wordt maximale zorg voor betrokkene ingezet.
2.1.4.
Het gedrag van betrokkene leidt als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel en ernstige verwaarlozing of maatschappelijke teloorgang.
2.2.
Verplichte zorg
2.2.1.
Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren en om de fysieke gezondheid van betrokkene te stabiliseren of te herstellen in het geval diens gedrag als gevolg van zijn psychische stoornis leidt tot ernstig nadeel daarvoor, heeft betrokkene verplichte zorg nodig.
2.2.2.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn.
Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene onvoldoende bereid is om behandeling of zorg op vrijwillige basis te accepteren.
Om die reden is verplichte zorg nodig. De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
 het toedienen van vocht;
 het toedienen van voeding;
 het toedienen van medicatie;
 het verrichten van medische controles;
 het verrichten van andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
 het beperken van de bewegingsvrijheid;
 het insluiten;
 het uitoefenen van toezicht op betrokkene (bij insluiting);
 het opnemen in een accommodatie.
2.2.3.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.2.4.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.2.2. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 1 oktober 2020;
3.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 1 april 2020 mondeling gegeven door mr. A.C. Siemons, rechter, in tegenwoordigheid van S.M. Plaisier-van Welie, griffier en op 9 april 2020 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.