Uitspraak
vonnis van de kantonrechter, zitting houdende te Dordrecht,
[gedaagde] ,
Verloop van de procedure
Omschrijving van het geschil
1. De feiten
De vordering
Het verweer
Beoordeling van het geschil
€ 147,08 en wettelijke rente ad € 5,81.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter te Dordrecht op 26 maart 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Stichting Trivire en een gedaagde huurder. De eiseres, Stichting Trivire, vorderde ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming van de woning van de gedaagde, als gevolg van een huurachterstand. De gedaagde huurder erkende een achterstand in de huurbetalingen, maar verweerde zich tegen de ontbinding van de huurovereenkomst en ontruiming op basis van persoonlijke omstandigheden. De kantonrechter heeft de procedure gevolgd, waarbij onder andere een mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden. Tijdens deze behandeling werd vastgesteld dat de huurachterstand was opgelopen tot € 3.848,45, waarvan een deel door de gedaagde was erkend. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagde structureel in gebreke was gebleven met de huurbetalingen, wat de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigde. De vordering van de eiseres werd toegewezen, inclusief de betaling van achterstallige huur, buitengerechtelijke kosten en wettelijke rente. De gedaagde werd veroordeeld om binnen 14 dagen na betekening van het vonnis het gehuurde te ontruimen. De kantonrechter heeft de kosten van de procedure aan de gedaagde opgelegd en het vonnis uitvoerbaar bij voorraad verklaard.