ECLI:NL:RBROT:2020:3180
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toewijzing verzoek om moratorium op basis van artikel 287b Faillissementswet in het kader van een huurkwestie
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 6 april 2020 uitspraak gedaan in een verzoekschrift ex artikel 287b Faillissementswet (Fw) van een verzoekster die onder beschermingsbewind staat. De verzoekster vroeg om een voorlopige voorziening om te voorkomen dat de verweerster, Stichting Woonstad Rotterdam, het vonnis van 15 november 2019 tot ontruiming van haar huurwoning ten uitvoer zou leggen. De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster voldoende inkomen uit arbeid heeft en dat haar financiële situatie stabiel is. De huurtermijnen voor de maanden februari en maart 2020 zijn tijdig en volledig voldaan. De rechtbank heeft geoordeeld dat er sprake is van een bedreigende situatie, aangezien de verweerster had aangekondigd de woning te ontruimen.
De rechtbank heeft de belangen van verzoekster, die in haar huurwoning wil blijven wonen en het minnelijk schuldhulpverleningstraject wil doorlopen, zwaarder laten wegen dan die van verweerster, die het vonnis tot ontruiming wilde uitvoeren. De rechtbank heeft daarom het verzoek van verzoekster toegewezen, met de voorwaarde dat de lopende huurtermijnen tijdig worden voldaan. Tevens is verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek tot toelating tot de schuldsaneringsregeling, omdat het minnelijk traject naar verwachting niet op korte termijn zal zijn afgerond. De rechtbank heeft de tenuitvoerlegging van het ontruimingsvonnis opgeschort voor de duur van zes maanden, met de mogelijkheid voor verzoekster om een nieuw verzoek in te dienen indien nodig.