Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam persoon],
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 17 maart 2020 uitspraak gedaan in een kort geding tussen Stichting Woonstad Rotterdam (SWR) en Organisatie voor Bewindvoering & Insolventie Nederland B.V. (OBIN q.q.), die optreedt als bewindvoerder over de goederen van een onderbewindgestelde persoon. SWR heeft OBIN q.q. in kort geding verzocht om de woning van de onderbewindgestelde te ontruimen, omdat deze zich niet begeleidbaar heeft opgesteld en de zorgovereenkomst niet is nagekomen. De mondelinge behandeling vond plaats op 3 maart 2020, waarbij SWR vertegenwoordigd was door een gemachtigde, terwijl OBIN q.q. niet is verschenen.
SWR heeft in haar vordering onder andere gesteld dat er een huur/zorgovereenkomst was gesloten met de onderbewindgestelde, die verplicht was om de woning te gebruiken voor woonbegeleiding. Ondanks herhaalde waarschuwingen heeft de onderbewindgestelde zich niet gehouden aan de afspraken, wat heeft geleid tot een huurachterstand en de ontbinding van de huurovereenkomst. De kantonrechter heeft geoordeeld dat SWR een spoedeisend belang heeft bij de ontruiming van de woning, aangezien zij sociale huurwoningen verhuurt en de woning beschikbaar moet zijn voor iemand die wel de aangeboden zorg accepteert.
De kantonrechter heeft de vordering van SWR toegewezen en OBIN q.q. veroordeeld om de woning binnen veertien dagen na betekening van het vonnis te ontruimen. Daarnaast is OBIN q.q. veroordeeld tot betaling van de huurachterstand en buitengerechtelijke kosten aan SWR. De proceskosten zijn eveneens voor OBIN q.q. gekomen, en het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.