Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 5 jaar met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaren en 6 (zes) maanden;
€ 2.885,-- (zegge: tweeduizendachthonderdvijfentachtig euro),bestaande uit € 385,-- aan materiële schade en € 2.500,-- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 4 september 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 2.885 (zegge: tweeduizendachthonderdvijfentachtig euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 september 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal van het bedrag van € 2.885,--, onder de bepaling dat bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom
38 (achtendertig) dagen gijzelingkan worden toegepast. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;