Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de primair ten laste gelegde poging tot doodslag;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaar met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
poging tot doodslag.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vordering benadeelde partij
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 24 (vierentwintig) maanden;
groot 8 (acht) maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
[naam benadeelde], te betalen een bedrag van
€ 3.733,43 (zegge: drieduizend zevenhonderddrieëndertig euro en drieënveertig cent), bestaande uit € 1.233,43 (zegge: éénduizend tweehonderddrieëndertig euro en drieënveertig cent) aan materiële schade en
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 3.733,43 (hoofdsom zegge: drieduizend zevenhonderddrieëndertig euro en drieënveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 juli 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening;
€ 3.733,43 (zegge: drieduizend zevenhonderddrieëndertig euro en drieënveertig cent),te vervangen door 47 dagen gijzeling;