Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van de onder 1 tot en met 16 ten laste gelegde feiten;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 42 maanden met aftrek van voorarrest;
- opheffing van de schorsing van de voorlopige hechtenis.
4.Waardering van het bewijs
ieaan een ander dan aan verdachte en zijn mededaders toebehoorde
n, te weten aan juwelier [naam juwelier] , heeft weggenomen
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Vorderingen benadeelde partijen
- [naam benadeelde 1] , vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 1] , ter zake van de onder 1 en 14 ten laste gelegde feiten. Zij vordert een vergoeding van € 1.681,08 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente;
- [naam benadeelde 2] , vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 2] , ter zake van het onder 5 ten laste gelegde feit. Zij vordert een vergoeding van € 611,04 aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente;
- [naam benadeelde 3] , vertegenwoordig door [naam vertegenwoordiger 3] , ter zake het onder 7 ten laste gelegde feit. Zij vordert een vergoeding van € 2.608,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente;
- [naam benadeelde 4] , vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 4] , ter zake het onder 11 ten laste gelegde feit. Zij vordert een vergoeding van € 200,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente;
- [naam benadeelde 5] , vertegenwoordigd door [naam vertegenwoordiger 5] , ter zake van het onder 12 ten laste gelegde feit. Zij vordert een vergoeding van € 185,- aan materiële schade, vermeerderd met de wettelijke rente.
9.Voorlopige hechtenis
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) maanden;