Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond,
[naam minderjarige] ,
[naam moeder] ,
[naam vader] ,
Het procesverloop
27 januari 2020;
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 februari 2020 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond. Het verzoek betreft de bekrachtiging van een schriftelijke aanwijzing die op 9 januari 2020 is gegeven met betrekking tot de verzorging en opvoeding van de minderjarige [voornaam minderjarige]. De ouders van [voornaam minderjarige] zijn betrokken bij deze procedure, waarbij de moeder en de vader hun standpunten hebben toegelicht. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er al langere tijd communicatieproblemen zijn tussen de ouders, wat het moeilijk maakt om tot afspraken te komen over de omgangsregeling. De kinderrechter heeft de schriftelijke aanwijzing bekrachtigd en een dwangsom opgelegd aan de vader van €100,00 per dag bij niet-nakoming, met een maximum van €400,00. De kinderrechter benadrukt het belang van een positieve omgang tussen [voornaam minderjarige] en beide ouders, zonder dat hij wordt belast met de problemen tussen hen. De ouders zijn recent gestart met een mediation-traject om de communicatie te verbeteren en tot afspraken te komen over de omgang.