ECLI:NL:RBROT:2020:1540
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Faillietverklaring van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid na niet verschijnen op de mondelinge behandeling
Op 4 februari 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een faillissementsprocedure. De zaak betreft een verzoekschrift van een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, ingediend door mr. I.G. Niesert, advocaat, strekkende tot faillietverklaring van een andere besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid. De verweerster is opgeroepen maar is niet verschenen op de mondelinge behandeling. De rechtbank heeft vastgesteld dat er summierlijk bewijs is van het vorderingsrecht van de verzoeksters en dat de verweerster in een toestand verkeert waarin zij heeft opgehouden te betalen. Gelet op de Europese regelgeving is de rechtbank bevoegd om deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen, aangezien het centrum van de voornaamste belangen van de verweerster in Nederland ligt.
In de beslissing heeft de rechtbank de verweerster in staat van faillissement verklaard. Tevens is mr. C. de Jong benoemd tot rechter-commissaris en mr. J.O. Bijloo tot curator. De curator is belast met het openen van brieven en telegrammen die aan de gefailleerde zijn gericht. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 4 februari 2020 om 10:22 uur. Tegen deze uitspraak kan verzet worden ingesteld door degene aan wie de Faillissementswet dat recht toekent, binnen veertien dagen na de uitspraak.