ECLI:NL:RBROT:2020:13306
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontbinding arbeidsovereenkomst wegens verstoorde arbeidsverhouding
In deze zaak heeft de kantonrechter te Rotterdam op 15 december 2020 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen de besloten vennootschap Synres Almoco B.V. en de verweerster. De arbeidsovereenkomst was aangegaan voor bepaalde tijd, met een einddatum van 30 juni 2021, en bevatte geen tussentijds opzegbeding. De verweerster was in dienst getreden op 1 mei 2020 als medewerker ondersteuning management en financiën. Almoco verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst per 15 januari 2021, stellende dat er sprake was van een verstoorde arbeidsverhouding, zonder dat de verweerster hier een verwijt van kon worden gemaakt. De verweerster erkende dat de arbeidsverhouding verstoord was, maar voerde verweer tegen het verzoek.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er een redelijke grond voor ontbinding aanwezig was, zoals bedoeld in artikel 7:669 lid 1 BW, en dat herplaatsing van de werknemer in een andere functie niet mogelijk was. Ondanks dat de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd was, had de kantonrechter de bevoegdheid om deze te ontbinden. De verstoring van de arbeidsverhouding werd als onherstelbaar beschouwd, en er was geen opzegverbod dat aan de ontbinding in de weg stond. De kantonrechter heeft vervolgens de arbeidsovereenkomst ontbonden met ingang van 15 januari 2021, waarbij iedere partij de eigen kosten diende te dragen.