Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam gedaagde 2],
1..De procedure
- de dagvaarding van 11 maart 2019, met producties;
- de conclusie van antwoord tevens houdende conclusie van eis in reconventie, met producties;
- de brief van de rechtbank van 10 juli 2019, waarbij partijen zijn opgeroepen voor een comparitie van partijen;
- het proces-verbaal van de comparitie van partijen gehouden op 25 oktober 2019;
- de op de comparitie door [naam eiseres 1] genomen akte overlegging producties tevens conclusie van antwoord in reconventie, tevens wijziging van eis in conventie, met producties;
- de op de comparitie voorgedragen spreekaantekeningen van mr. Graal;
- de brief van mr. Utens van 23 januari 2020, met opmerkingen over het proces-verbaal;
- de brief van de rechtbank van 28 februari 2020, waarbij partijen zijn opgeroepen voor een voortzetting van de comparitie van partijen;
- de brief van de rechtbank van 25 maart 2020 met het bericht dat de op 12 mei 2020 geplande comparitie van partijen in verband met de Corona-problematiek niet doorgaat en dat de zaak wordt verwezen naar de rol voor een tweede schriftelijke ronde;
- de conclusie van repliek in conventie;
- de conclusie van dupliek in conventie tevens houdende conclusie van repliek in reconventie en wijziging van eis in reconventie, met een productie;
- de conclusie van dupliek in reconventie.
2..De feiten
in conventie en in reconventie
verwerft via [naam gedaagde 1] 100% van de aandelen van LI.
werft de optie om 50% van de aandelen van [naam gedaagde 1] te verwerven na 1/1/2014.
3..Het geschil
in conventie
- naheffingsaanslag met heffingsrente € 61.629;
- gemist belastingvoordeel 2013-2019 € 42.284;
- te missen belastingvoordeel 2020 € PM;