Op 8 december 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een zorgmachtiging op verzoek van de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam. Het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 20 november 2020, bevatte diverse bijlagen, waaronder een medische verklaring van een psychiater en een zorgplan. Tijdens de mondelinge behandeling waren de betrokkene, zijn advocaat, zijn moeder en een verpleegkundige aanwezig. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, namelijk recidiverende psychotische episodes in het kader van schizofrenie. Het gedrag van de betrokkene leidt tot ernstig nadeel, waaronder risico op lichamelijk letsel en psychische schade. De betrokkene heeft sinds februari 2019 geen behandeling of medicatie meer ontvangen, wat heeft geleid tot een verslechtering van zijn toestand en incidenten van bedreiging en agressie.
De rechtbank oordeelde dat verplichte zorg noodzakelijk is om het ernstig nadeel af te wenden, aangezien de betrokkene geen ziektebesef heeft en niet openstaat voor vrijwillige zorg. De rechtbank verleende een zorgmachtiging voor de duur van zes maanden, met ingang van de datum van de beschikking. De rechtbank heeft de noodzakelijke vormen van verplichte zorg vastgesteld, waaronder medicatietoediening en beperkingen in de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.C. Hendriks en schriftelijk uitgewerkt op 14 december 2020. Tegen deze beschikking staat cassatie open.