ECLI:NL:RBROT:2020:12597

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 december 2020
Publicatiedatum
15 januari 2021
Zaaknummer
10/960044-19
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Omkoping en schending van ambtsgeheim door douaneambtenaar met witwassen en computervredebreuk

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 december 2020 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een douaneambtenaar die zich schuldig heeft gemaakt aan omkoping, schending van het ambtsgeheim, computervredebreuk en witwassen. De verdachte, geboren op Curaçao, was werkzaam als selecteur bij de afdeling Pre-Arrival van de Douane Rotterdam. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte informatie heeft verkocht die zij uit haar functie als douanier had verkregen, wat van groot belang was voor de criminele activiteiten in de Rotterdamse haven. De verdachte heeft beloften aangenomen van derden, wat leidde tot de conclusie dat zij met de omkoping geld heeft verdiend. Echter, de rechtbank vond de samenhang tussen de omkoping en de witgewassen geldbedragen niet overtuigend genoeg om de straf te rechtvaardigen die door de officier van justitie was geëist.

De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van één jaar, waarvan negen maanden voorwaardelijk met een proeftijd van twee jaar. Daarnaast is er een taakstraf van 180 uren opgelegd en is de verdachte voor twee jaar ontzet van het recht om een openbaar ambt te bekleden. De rechtbank heeft ook de ernst van de feiten benadrukt, gezien de rol van de verdachte als ambtenaar en de impact van haar daden op de integriteit van de Douane en het vertrouwen in overheidsdiensten. De verdachte heeft geen strafblad en er zijn persoonlijke omstandigheden in haar voordeel meegewogen, zoals haar psychische problemen en de invloed van haar ex-partner. De rechtbank heeft de straf lager vastgesteld dan geëist door de officier van justitie, omdat de omkoping in omvang anders werd gewaardeerd.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 10/960044-19
Datum uitspraak: 22 december 2020
Tegenspraak
Vonnis van de meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[naam verdachte] ,
geboren te Curaçao (Nederlandse Antillen) op [geboortedatum verdachte] , ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres [adres verdachte] .
De raadsman van de verdachte is mr. P.M. Iwema, advocaat te Rotterdam.
De officier van justitie is mr. C.A.M. van den Brand (hierna: de officier van justitie).
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de zitting van 8 december 2020.
Kern van dit vonnis
Op de zitting stond de vraag centraal of de verdachte (veel) geld had verdiend door informatie te ‘verkopen’ die zij uit haar werk als douanier kende. Informatie die in de drugswereld in de Rotterdamse haven waardevol is voor de criminele bedrijfsvoering. Dat de verdachte informatie verstrekte en dat daar beloften tegenover stonden is door de rechtbank vastgesteld. Voor de hand lag ook om daarbij aan te nemen dat de verdachte met de omkoping geld heeft verdiend. Zeker als dit wordt bekeken tegen de achtergrond van het in dit vonnis ook vastgestelde witwassen van grote geldbedragen door de verdachte. De concrete samenhang tussen de omkoping en de (witgewassen) geldbedragen is op de zitting echter onduidelijk gebleven en komt in dit vonnis - mede daarom - niet overtuigend vast te staan. Dit maakt dat de straf die aan de verdachte wordt opgelegd lager is dan door de officier van justitie is geëist.
Inhoudsopgave van dit vonnis
De verdachte wordt - samengevat - beschuldigd van ambtelijke omkoping, schenden van geheimhoudingsverplichtingen, witwassen en computervredebreuk. De volledige tekst van de beschuldiging is opgenomen in hoofdstuk 1 van dit vonnis.
De rechtbank vindt alle beschuldigingen bewezen op onderdelen na. De bewezenverklaring, de bewijsmotivering en de deelvrijspraken worden in hoofdstuk 2 van dit vonnis uiteengezet en uitgelegd. Het overzicht van de bewijsmiddelen staat in hoofdstuk 3 van dit vonnis.
De bewezenverklaarde feiten zijn volgens de wet verboden gedragingen waar straf op staat. Welke dat zijn, is omschreven in hoofdstuk 4 van dit vonnis. In dat hoofdstuk worden ook de strafbaarheid van de feiten en de strafbaarheid van de verdachte besproken.
De rechtbank komt tot een gevangenisstraf van één jaar waarvan negen maanden voorwaardelijk met aftrek van de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Aan het voorwaardelijk deel worden (bijzondere) voorwaarden gekoppeld waaraan de verdachte zich moet houden. Daarnaast moet de verdachte een werkstraf doen van 180 uur. Hoofdstuk 5 van dit vonnis vermeldt de overwegingen van de rechtbank die tot deze straf hebben geleid.
Hoofdstuk 6 van dit vonnis bevat de beslissingen over de inbeslaggenomen goederen.
Hoofdstuk 7 sluit dit vonnis af met een korte weergave van alle beslissingen en de ondertekening door de rechters en de griffier.

1..De beschuldiging in de tenlastelegging

1.
zij op een of meerdere tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 1 februari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam, althans in Nederland tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) als ambtenaar te weten in de functie van Selecteur op de afdeling Pre Arrival en/of in de functie van medewerker van de afdeling VGEM van de Douane Rotterdam, (telkens) (om) (een) gift(en) of belofte(n) dan wel (een) dienst(en), te weten
  • ((een) gift(en)) van in totaal circa EUR 3.900,- (contant aangetroffen in coupures van EUR 100,- in haar woning aan de [adres] ), en/of
  • ((een) gift(en)) van in totaal circa EUR 62.996,58, althans enig(e) geldbedrag(en), en/of
  • (de belofte van) betaling(en) van een (gro(o)t(e) (contante) geldbedrag(en), althans één of meer geldbedrag(en),
althans enige gift en/of dienst en/of belofte,
A.
heeft aangenomen terwijl zij, verdachte, (telkens) wist of redelijkerwijs vermoedde dat deze gift(en) en/of belofte(n) en/of dienst(en) haar, verdachte, verleend en/of gedaan en/of aangeboden werd(en) teneinde haar te bewegen om in haar huidige bediening iets te doen of
na te laten (sub 1),
en/of
(telkens) wist of redelijkerwijs vermoedde dat deze/die gift(en) en/of belofte(n) en/of dienst(en) haar, verdachte, verleend en/of gedaan en/of aangeboden werd(en) ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door haar in haar huidige en/of vroegere bediening is gedaan of nagelaten (sub 2),
en/of
B.
heeft gevraagd (telkens) teneinde haar, verdachte, te bewegen om in haar huidige bediening
iets te doen of na te laten (sub 3), en/of (telkens) ten gevolge of naar aanleiding van hetgeen door haar, verdachte, in haar huidige en/of vroegere bediening is gedaan of nagelaten (sub 4), te weten (telkens) ten behoeve van één of meer perso(o)n(en)
  • het raadplegen van en/of informatie vergaren uit de systemen van de Douane (Rotterdam) met een ander doel dan waarvoor deze bestemd zijn en/of (vervolgens) aan (een) (onbekend gebleven) derde(n) inzicht geven in en informatie verstrekken over de werkwijze van de Douane (Rotterdam) met betrekking tot de controle van (een) container(s) terwijl dat inzicht en die informatie voor die derde(n) niet is/zijn bedoeld,
  • het verstrekken van informatie het communiceren via een PGP telefoon aan (een)
(onbekend gebleven) derde(n) betreffende omtrent de werkwijze van de afdeling Pre-Arrival van de Douane Rotterdam, en/of
- het vergaren en/of vervolgens verstrekken van informatie communiceren via een PGP telefoon aan (een) (onbekend gebleven) derde(n) betreffende het rekruteren van
(andere) (scan)medewerkers bij de Douane Rotterdam voor en op verzoek van deze een derde(n), en/of
- het verstrekken van informatie het communiceren via een PGP telefoon aan (een)
(onbekend gebleven) derde(n) over de aan- of afwezigheid van scanmedewerkers op
(een bepaalde) locatie(s) van de Douane Rotterdam.
2.
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 februari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met(een) ander(en), althans alleen, meermalen, althans eenmaal, (telkens) een geheim waarvan zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat zij, verdachte, als ambtenaar van de Douane, uit hoofde van haar ambt, beroep of wettelijk voorschrift in de zin van artikel 9 Ambtenarenwet 2017 dan wel van vroeger ambt of beroep, verplicht was te bewaren, (telkens) opzettelijk heeft geschonden, immers heeft zij, verdachte, (telkens)
- vertrouwelijke informatie uit de omgeving van de Douane gehaald en in haar
woning (aan de [adres] ) gebracht en in de woonkamer
bewaard, te weten:
o een (geselecteerde) samengestelde lijst met (scan)medewerkers, werkzaam bij de Douane Rotterdam, inclusief hun volledige naam en contactgegevens bij de Douane en/of
o een Douane Manifest betreffende een tweetal zeecontainers, namelijk [containernummer 1] en [containernummer 2] en/of
o vier, althans één of meer, email-berichten van de Douane Rotterdam betreffende binnenkomende zeecontainers en/of
o een formulier ‘toelichting risico's m.b.t. het opgevoerde profiel’ betreffende een email van 18 mei 2019 en zeecontainernummer [containernummer 3] en/of
o een, vermoedelijk samengesteld, document, vanuit o.a. Douane Manifest, betreffende een tweetal zeecontainers, namelijk [containernummer 4] en [containernummer 2] en/of
o Prints uit douane-systeem (Plato) met containernummers
[containernummer 5] , [containernummer 6] ,
[containernummer 7] , [containernummer 8] ,
[containernummer 9] met registratiedatum 8 juni 2019 of
9 juni 2019
en vervolgens
- informatie over de werkwijze van de afdeling Pre-Arrival en/of andere afdelingen van de Douane (Rotterdam) en/of informatie met betrekking tot controle strategieën van (een) container(s) en/of andere vertrouwelijke informatie van de Douane via een PGP-telefoon aan (een) (onbekend gebleven) derde(n) verstrekt, in elk geval vertrouwelijke informatie, en/of (vervolgens) (telkens) deze informatie anders dan beroepsmatig (via PGP) verstrekt aan (een) (onbekend gebleven) derde(n) een ander en/of anderen, terwijl die ander(en) niet tot kennisneming van die informatie gerechtigd/bevoegd was/waren.
3.
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 januari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam, althans in Nederland, van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt, althans zich schuldig heeft gemaakt aan witwassen, althans aan schuldwitwassen, immers heeft zij, verdachte, tezamen en in vereniging met haar mededader(s), althans alleen (telkens)
A.
van een of meerdere geldbedrag(en), voor een totaalbedrag van EUR 62.996,58, althans van enig(e) geldbedrag(en), de werkelijke aard en/of de herkomst en/of de vindplaats en/of de vervreemding en/of de verplaatsing verborgen en/of verhuld en/of verborgen en/of verhuld wie de rechthebbende(n) op bovenomschreven geldbedrag(en) is/zijn, was/waren en/of wie bovenomschreven geldbedrag(en) voorhanden heeft gehad, en/of (telkens)
B.
een of meerdere geldbedrag(en), voor een totaalbedrag van 62.996,58, verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet en/of gebruik van gemaakt, terwijl zij, verdachte en/of haar mededader(s) wist(en), althans redelijkerwijs moest(en) vermoeden, dat dit/deze geldbedrag(en) – onmiddellijk of middellijk - afkomstig was/waren uit enig misdrijf.
4.
zij op of omstreeks 16 juli 2019 te Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en
invereniging met een of meer anderen, althans alleen een voorwerp, te weten een geldbedrag van (totaal) EUR 3.900,-, heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad en/of heeft overgedragen en/of heeft omgezet en/of van bovenomschreven geldbedrag gebruik heeft gemaakt, terwijl zij wist, althans redelijkerwijs moest vermoeden, dat dit geldbedrag geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf;
subsidiair
zij op of omstreeks 16 juli 2019 te Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en vereniging met een of meer anderen, althans alleen een voorwerp, te weten een geldbedrag van (totaal) EUR 3.900,- , heeft verworven en/of voorhanden heeft gehad terwijl zij, verdachte, wist althans redelijkerwijs moest vermoeden dat dat voorwerp onmiddellijk afkomstig
was uit enig eigen misdrijf.
5.
zij op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 april 2019 tot en met 16 juli 2019, te Rotterdam tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, (telkens) opzettelijk en wederrechtelijk, in een of meer (delen van) geautomatiseerde werken, namelijk in een of meer systemen van de belastingdienst/Douane, te weten Plato en/of DMF en/of de Elektronische Gids, is binnengedrongen met behulp van een of meer valse sleutels en/of signalen en/of door het aannemen van een of meer valse hoedanigheden, namelijk door onbevoegd gebruik te maken van een gebruikersnaam en/of wachtwoord en/of door
zich met een gebruikersnaam en/of wachtwoord toegang te verschaffen tot (delen van de) servers van de belastingdienst/Douane, waarop (Douane)informatie was geplaatst met een ander doel dan waarvoor haar die gebruikersnaam en/of dat wachtwoord ter beschikking stond(en) en/of waarvoor haar die toegang was toegestaan, en/of zij (vervolgens) (de) gegevens die waren opgeslagen en/of verwerkt en/of overgedragen door middel van (delen van) die/dat geautomatiseerde werk(en) waarin zij zich wederrechtelijk bevond, te weten (vertrouwelijke) informatie met betrekking tot, in ieder geval, een container met bananen
(containernummer [containernummer 8] en opdrachtnummer [opdrachtnummer] ) en/of een (door verdachte samengestelde) lijst met scanmedewerkers, werkzaam bij de Douane Rotterdam, inclusief hun volledige naam en contactgegevens bij de Douane Rotterdam, althans (vertrouwelijke) (douane) informatie, voor zichzelf en/of (een) ander(en) heeft overgenomen en/of afgetapt en/of opgenomen, namelijk door (telkens) (vertrouwelijke) informatie omtrent een of meer personen en/of containers en/of profielen uit een of meer systemen/applicaties van de Douane in (een) document(en) te plaatsen en/of (naar zichzelf) te mailen en/of te exporteren en/of te printen en/of (vervolgens) aan een of meer daartoe niet-gerechtigde personen te verstrekken en/of te openbaren.

2..De bewijsbeslissingen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie vindt alle ten laste gelegde feiten bewezen.
Bewezenverklaring
De rechtbank vindt wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan en vindt bewezen dat:
1.
zij in de periode van 1 februari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam tezamen en in vereniging met anderen als ambtenaar te weten in de functie van Selecteur op de afdeling Pre-Arrival en/of in de functie van medewerker van de afdeling VGEM van de Douane Rotterdam, beloften heeft aangenomen terwijl zij wist dat deze beloften haar gedaan werden teneinde haar te bewegen om in haar bediening iets te doen of na te laten te weten ten behoeve van personen
- het verstrekken van informatie via een PGP telefoon aan (een) derde(n) betreffende de werkwijze van de afdeling Pre-Arrival van de Douane Rotterdam, en
- het vergaren van informatie via een PGP telefoon aan een derde(n) betreffende het rekruteren van scanmedewerkers bij de Douane Rotterdam voor en op verzoek van deze (een) derde(n), en
- het verstrekken van informatie via een PGP telefoon aan (een) derde(n) over de aan- of afwezigheid van scanmedewerkers op locaties van de Douane Rotterdam.
2.
zij op in de periode van 1 februari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam, meermalen een geheim waarvan zij wist of redelijkerwijs moest vermoeden dat zij als ambtenaar van de Douane, uit hoofde van haar ambt
ofberoep dan wel van vroeger ambt of beroep, verplicht was te bewaren, opzettelijk heeft geschonden, immers heeft zij, informatie over de werkwijze van de afdeling Pre-Arrival en andere afdelingen van de Douane en informatie met betrekking tot controle strategieën van containers en andere vertrouwelijke informatie van de Douane via een PGP-telefoon aan (een) derde(n) verstrekt, terwijl die ander(en) niet tot kennisneming van die informatie gerechtigd/bevoegd was/waren.
3.
zij in de periode van 1 januari 2017 tot en met 1 augustus 2019 te Rotterdam van het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt immers heeft zij: geldbedragen verworven en/of voorhanden gehad en/of overgedragen en/of omgezet en/of gebruik van gemaakt, terwijl zij wist dat deze geldbedragen - onmiddellijk of middellijk - afkomstig waren uit enig misdrijf.
4.
zij op 16 juli 2019 te Rotterdam een geldbedrag van EUR 3.900,-, heeft voorhanden terwijl zij wist dat dit geldbedrag geheel of gedeeltelijk - onmiddellijk of middellijk - afkomstig was uit enig misdrijf.
5.
zij in de periode van 1
juni2019 tot en met 16 juli 2019, te Rotterdam opzettelijk en wederrechtelijk, in geautomatiseerde werken, namelijk in systemen van de belastingdienst/Douane, te weten Plato en/of DMF en/of de Elektronische Gids, is binnengedrongen met behulp van valse sleutels, namelijk door onbevoegd gebruik te maken van een gebruikersnaam en/of wachtwoord en door zich met een gebruikersnaam en wachtwoord toegang te verschaffen tot (delen van de) servers van de belastingdienst/ Douane, waarop informatie was geplaatst met een ander doel dan waarvoor haar die gebruikersnaam en dat wachtwoord ter beschikking stonden en waarvoor haar die toegang was toegestaan, en zij gegevens die waren overgedragen door middel van die geautomatiseerde werken waarin zij zich wederrechtelijk bevond, te weten vertrouwelijke informatie met betrekking tot een (door verdachte samengestelde) lijst met scanmedewerkers, werkzaam bij de Douane Rotterdam, inclusief hun volledige naam en contactgegevens bij de Douane Rotterdam, voor zichzelf en (een) ander(en) heeft overgenomen namelijk door (telkens) (vertrouwelijke) informatie omtrent personen en profielen uit een of meer systemen/applicaties van de Douane in documenten te plaatsen en te printen.
Bewijsmotivering
De bewezenverklaring is gegrond op de in hoofdstuk 3 van dit vonnis opgenomen inhoud van de bewijsmiddelen. Die bewijsmiddelen vormen ook de basis voor de hiernavolgende vaststellingen, overwegingen en conclusies die - mede naar aanleiding van de gevoerde bewijsverweren - bij de bewezenverklaring zijn betrokken. Ook worden in deze motivering enkele deelvrijspraken gemotiveerd.
1.
Omkoping en geheimhouding
Inleiding
De verdachte is sinds oktober 1998 in dienst bij de Belastingdienst in Rotterdam. In de periode van februari 2017 tot juni 2019 was zij werkzaam als selecteur bij de afdeling Pre‑Arrival van het Douane Landelijk Tactisch Centrum (DLTC) te Rotterdam. De kerntaak van de afdeling Pre-Arrival is het aansturen van maritieme controles op binnenkomend vrachtverkeer. Vanaf juni 2019 werkte de verdachte bij de afdeling Veiligheid, Gezondheid, Economie en Milieu van de Douane Rotterdam (hierna: VGEM).
Feiten en omstandigheden
In de woning van de verdachte worden op 16 juli 2019 onder haar hoofdkussen twee mobiele telefoons gevonden, een Iphone en een Samsung. Deze telefoons waren voorzien van software waarmee cryptocommunicatie kon plaatsvinden.

Schimmige chatgesprekken juli 2019
Met de Samsung voerde de verdachte op 14 en 15 juli 2019 chatgesprekken met ene [naam 1] .
  • Op 14 juli 2019 zegt de verdachte dat haar telefoon nog maar tot eind van de maand geldig is waarop [naam 1] aangeeft dat ze de telefoon aan moet houden en hij de telefoon van de verdachte zal verlengen.
  • In een chatgesprek van 15 juli 2019 zegt de verdachte in antwoord op een vraag van [naam 1] wat de verdachte nog kan, dat ze niet meer bij selecties en controle werkt en dat zij nog sommige info kan zien die zij toen ook zag, ‘waarom controle valt enzo’.
  • In een volgend gesprek bericht ze [naam 1] , op de vraag wat ze nog voor hen kan betekenen: ‘hooguit info’.
  • In een volgend gesprek geeft de verdachte aan dat de gast van laatst veel dingen heeft verziekt en dat je niet zomaar meer vrij kan geven.
  • Daarna geeft [naam 1] aan dat hij in contact wil komen met iemand van de scan en houdt hij de verdachte voor dat ze goud in handen heeft als zij iemand kan regelen. Ze moet op een slimme manier kijken. [naam 1] geeft ze 1 miljoen ‘plus jou ook bij elke werk’. De verdachte zegt dat ze haar best gaat doen, dat ze gaat kijken wat mogelijk is en dat ze dan eerst eens moet kijken wie daar zit die ze kan vertrouwen.

Schimmige ontmoetingen
- In april en mei 2019 heeft de verdachte in de avond en rond middernacht een aantal ontmoetingen gehad in de omgeving van de Kuip in Rotterdam met een derde die zij in gesprekken met haar ex‑partner ‘ [naam 2] ’ noemt. Het contact met deze [naam 2] loopt via haar ex-partner.
- De iPhone straalt op 5 juni 2019 aan bij de woning van de verdachte kort nadat de verdachte telefonisch contact had met haar ex-partner. Haar ex-partner vraagt haar in dat gesprek of zij die ene telefoon aan kan zetten want een derde heeft de hulp van de verdachte nodig.
- Op 16 juli 2019 - kort na de doorzoeking bij de verdachte thuis - heeft de verdachte haar ex-partner gebeld en zegt ze tegen hem dat ‘de hond’ gebeten heeft. In een volgend gesprek zegt ze tegen hem: ‘geef geen antwoord’ en ‘zeg tegen die [naam 2] : niet meer’.
De schimmige kennelijk geheime via via ontmoetingen en telefoongesprekken over en met een zekere ‘ [naam 2] ’ in samenhang met de schimmige en kennelijk geheime chatgesprekken met ene [naam 1] leiden tot de conclusie dat de verdachte vertrouwelijke informatie aan een derde heeft verstrekt en heeft vergaard. De schimmige chatgesprekken gaan namelijk over niets anders dan of de verdachte kan helpen iemand te vinden die bij de douane/scancontrole werkt. Informatie over het werk van de verdachte waarbij ook wordt verwezen naar een moment in het verleden, waarin ook de schimmige ontmoetingen met ‘ [naam 2] ’ passen. Het is ook uiteindelijk ‘ [naam 2] ’ die op 16 juli 2019 op de hoogte moet worden gebracht van het politieonderzoek (‘de gebeten hond’).
De verdachte is ook op het verzoek ingegaan. Dit blijkt uit de context van de chatgesprekken en uit een lijst die op 16 juli 2019 in de woning van de verdachte ligt met namen van alle scanmedewerkers van de Douane Rotterdam. Een zoekslag naar teams van de afdeling scan van de verschillende locaties van de Douane Rotterdam op de werk-laptop van de verdachte enige dagen voor het gesprek met [naam 1] , onderstrepen het verzamelen van de gevraagde informatie.
Alternatieve verklaringen van de verdachte
Dat de geprinte lijst nodig was om haar collega’s van haar nieuwe werkplek te leren kennen, zoals de verdachte heeft verklaard, vindt de rechtbank niet geloofwaardig. Een van haar naaste collega’s van de afdeling VGEM heeft hierover verklaard dat deze lijst geen nut heeft voor haar werkzaamheden bij VGEM. Ook de verklaring van de verdachte dat zij alleen maar meepraatte met [naam 1] om hem aan het lijntje te houden, overtuigt de rechtbank om dezelfde reden niet. Bovendien past die verklaring niet bij de context die uit de chatgesprekken volgt. Evenmin gaat de rechtbank mee met de uitleg van de verdachte over de nachtelijke ontmoetingen bij de Kuip met ‘ [naam 2] ’, namelijk dat die ontmoetingen te maken hadden met de reparatie van haar auto. De frequentie en context van de ontmoetingen en de inhoud van de - rondom deze ontmoetingen - door de verdachte gevoerde gesprekken met haar ex-partner staan de geloofwaardigheid van de uitleg van de verdachte in de weg.
Daar komt bij dat bij alle door de verdachte aangevoerde alternatieven het ontbreekt aan onderbouwing en houvast. De alternatieven blijven daarmee eigenlijk hangen in blote ontkenningen.
Deelvrijspraak van daadwerkelijke giften
Dat de verdachte daadwerkelijk giften heeft ontvangen, zoals door de officier van justitie onder feit 1 ook ten laste is gelegd, vindt de rechtbank niet bewezen. Weliswaar heeft zij in de periode van 2017 tot en met medio 2019 de beschikking gehad over grote contante geldbedragen en ligt het voor de hand om aan te nemen dat deze geldbedragen te maken hebben met de ambtelijke corruptie waar de verdachte zich aan schuldig heeft gemaakt, maar dat dit daadwerkelijk het geval is, kan op grond van de bewijsmiddelen niet worden vastgesteld.
Deelvrijspraak schending ambtsgeheim
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat - met uitzondering van de in het licht van de omkoping verstrekte informatie - niet kan worden bewezen dat de verdachte haar geheimhoudingsplicht heeft geschonden door het printen van vertrouwelijke informatie uit de douanesystemen en het bewaren van deze prints in haar woning. Dat zij deze prints of de informatie van deze prints met derden heeft gedeeld komt niet vast te staan.
2.
Witwassen
Standpunt verdediging
De verdachte moet van de witwasfeiten worden vrijgesproken, omdat een verband tussen een geldstroom en drugstransporten of tipgeld niet uit het onderzoek volgt. De in de ten laste gelegde genoemde bedragen zijn geen gelden uit misdrijf en de verdachte heeft geen oogmerk gehad om de herkomst van het geld te verhullen.
Beoordeling
Feiten en omstandigheden
Gedurende de periode 1 januari 2017 tot en met 1 augustus 2019 heeft de verdachte aanzienlijk meer contant geld uitgegeven en voorhanden gehad dan zij heeft opgenomen of kunnen opnemen van de bankrekeningen waarop haar salarissen en andere (vaste) inkomsten werden gestort. De verdachte heeft in elk geval contante bedragen oplopend tot tienduizenden euro’s tot haar beschikking gehad. Dit wordt door de verdachte ook niet betwist. De omvang van de contante geldstroom is berekend aan de hand van tientallen in de woning van de verdachte aangetroffen betalingsbewijzen van aangekochte goederen, contant aangetroffen geld en de door de verdachte, haar dochter en haar moeder gedane contante geldstortingen op hun bankrekeningen. Hieruit is gebleken dat de kasstortingen die op de rekening van de dochter en de moeder van de verdachte zijn gestort, grotendeels zijn overgeboekt naar de bankrekeningen en creditcardrekening van de verdachte en tevens zijn aangewend voor het afbetalen van schulden van de verdachte.
Witwasvermoeden
De omvang van de contante geldstroom en het aangetroffen contante geldbedrag rechtvaardigen bij gebrek aan voldoende legale inkomsten zonder meer het vermoeden dat de geldbedragen uit enig misdrijf afkomstig zijn. Dat betekent dat van de verdachte mag worden verlangd dat een concrete, verifieerbare en niet op voorhand hoogst onwaarschijnlijke verklaring geeft dat de geldbedragen niet van misdrijf afkomstig is.
Verklaring van de verdachte
De verdachte heeft over de herkomst van het geld verklaard dat ze meerdere malen in het casino geld heeft gewonnen. Dit betrof zowel grote als kleine bedragen.
De politie heeft onderzoek gedaan naar de casinobezoeken en -winsten van de verdachte bij Holland Casino. Hieruit is naar voren gekomen dat de verdachte inderdaad een fervent bezoekster van het Holland Casino was. Op basis van de door de verdachte in haar politieverhoren genoemde bedragen aan casinowinsten in combinatie met de bedragen die door het Holland Casino naar haar bankrekening zijn overgemaakt, is door de politie het bedrag aan casinowinsten op ongeveer EUR 17.500,- vastgesteld. In reactie hierop heeft de verdachte ter zitting verklaard dat zij meer casinowinsten heeft gehad dan zij in haar politieverhoren heeft genoemd, zij ook geld gewonnen heeft in andere casino’s dan Holland Casino en dat zij soms wat geld kreeg van haar broer. Een nadere onderbouwing van deze stellingen is echter uitgebleven.
De rechtbank is daarom van oordeel dat die verklaring van de verdachte dat de contante geldbedragen vrijwel volledig zijn te herleiden tot casinowinsten onvoldoende verifieerbaar en geconcretiseerd is. Daarbij speelt mee dat uit het onderzoek naar voren is gekomen dat de kasstortingen en overboekingen naar de rekeningen van de verdachte ook werden aangewend om aanzienlijke casinoschulden te betalen. Dit zou betekenen dat de verdachte nóg hogere winsten zou moeten hebben gemaakt om in staat te kunnen zijn ook deze schulden op te vangen. Dat komt de rechtbank - mede gelet op het ontbreken van toetsbare aanknopingspunten - niet aannemelijk voor. Daar komt bij dat de verdachte op vragen over grote contante stortingen en uitgaven in perioden waarin niet is gebleken van casinobezoeken van de verdachte geen toelichting heeft gegeven.
De vermeende schenking door haar broer heeft verder ook geen handen en voeten gekregen, zodat ook dat deel van de verklaring van de verdachte onvoldoende concreet is geworden.
Conclusie
Gelet op het voorgaande kan met voldoende mate van zekerheid worden uitgesloten dat het contante geld van de verdachte een legale herkomst heeft gehad, zodat een criminele herkomst van die bedragen als enige aanvaardbare verklaring kan gelden en dat de verdachte dit wist. Weliswaar laat het concrete bedrag dat uit misdrijf is verkregen zich niet exact becijferen, maar op basis van het uitgavepatroon van de verdachte en de overige financiële gegevens in het dossier is voldoende komen vast te staan dat het om aanzienlijke geldbedragen oplopend tot in de tienduizenden euro’s is gegaan. Door het geld voor privé te gebruiken en de bedragen via onder meer de bankrekeningen van haar dochter en moeder naar haar eigen rekeningen over te (laten) maken, heeft zij zich schuldig gemaakt aan het witwassen daarvan en daar, gezien de langere periode waarin hiervan sprake is, een gewoonte van gemaakt.

3..De bewijsmiddelen

1.
De verklaring van de verdachte op de zitting van 8 december 2020
Ik word in de tekstberichten met [naam 1] aangegeven met ‘ [naam 3] ’. [naam 1] was een contact van mijn ex-partner, [naam 4] . [naam 1] weet via [naam 4] dat ik bij de Douane werkte. Ik heb tot 1 juni 2019 op de afdeling Pre-Arrival van de Douane Rotterdam gewerkt. Daarna was ik werkzaam op de afdeling VGEM (Veiligheid, Gezondheid, Economie en Milieu) van de Douane Rotterdam. Ik verdiende ongeveer 2000 euro per maand. Ik heb een personeelslijst met namen en telefoonnummers van scanmedewerkers uitgeprint en mee naar huis genomen.
2.
Onderzoek van de politie [1]
Tijdens een doorzoeking in de woning aan de [adres] werden onder andere de volgende goederen in beslag genomen:
Beslagcode Goed Kleur Imei-nummer
GR585.01.02.001 Apple iPhone wit [nummer 1]
GR585.01.02.002 Samsung, type SM-J530F zwart [nummer 2]
Deze twee in beslag genomen mobiele telefoons lagen ingeschakeld onder het hoofdkussen van het bed van [naam verdachte] . Uit onderzoek bleek de twee genoemde telefoontoestellen cryptotelefoons zijn.
Van het Nederlands Forensisch Instituut zijn gedecodeerde tekstberichten afkomstig uit de in beslag genomen cryptotelefoon van het merk Samsung, SMJ530F, beslagcode GR585.01.02.002, ontvangen:
Date reception
Auteur
Destinataire
Message
15-07-2019 23:05
[naam 1]
Had je nog kunnen kijken voor nwe mensen of gooie werk sisteeem
15-07-2019 23:05
[naam 3]
[naam 1]
Wel gekeken maar niets man
15-07-2019 23:07
[naam 1]
Wat kan jij nog betkenen voor ons ?
15-07-2019 23:07
[naam 3]
[naam 1]
Hooguit info
15-07-2019 23:08
[naam 1]
Waar werk je nou nog steeds drzo
15-07-2019 23:08
[naam 3]
[naam 1]
Ik werk bij kantoor bij melkuni in de buurt
15-07-2019 23:09
[naam 1]
Wat kan je allemaaal drzo
15-07-2019 23:09
[naam 3]
[naam 1]
Maar ik doe niets met selecties en controle"
15-07-2019 23:09
[naam 1]
Wat voor info kan je gvn ?
15-07-2019 23:09
[naam 3]
[naam 1]
Ik kan sommige info nog zien wat ik toen ook
15-07-2019 23:10
[naam 3]
[naam 1]
Waarom controle valt enzo
15-07-2019 23:10
[naam 1]
Heb iemand nodig bij melkuni
15-07-2019 23:10
[naam 3]
[naam 1]
Er is geen douane meer daar
15-07-2019 23:10
[naam 3]
[naam 1]
Mensen zitten binnen
15-07-2019 23:11
[naam 3]
[naam 1]
Er is geen douane op terminals meer
15-07-2019 23:11
[naam 1]
Wat bedoel je
15-07-2019 23:11
[naam 1]
Wmr niet
15-07-2019 23:11
[naam 3]
[naam 1]
Ze hebben alle douane daar weggehaald en alles centraal ergens gezet
15-07-2019 23:11
[naam 3]
[naam 1]
Alleen met systemen over blokkades enzo
15-07-2019 23:12
[naam 3]
[naam 1]
Alleen als er meldingen zijn sturen ze mensen
15-07-2019 23:12
[naam 3]
[naam 1]
Dat heb ik je al een hele tijd geleden gezegd dat dit zou gebeuren
15-07-2019 23:12
[naam 1]
En als een bak rood is
15-07-2019 23:12
[naam 3]
[naam 1]
Zie je .... heb je toch info van mij hahahaha
15-07-2019 23:13
[naam 1]
Ja maar dit zegt niks
15-07-2019 23:13
[naam 3]
[naam 1]
Die dingen monitoren mensen
15-07-2019 23:13
[naam 3]
[naam 1]
Die gast van laatst heeft veel dingen verziekt
15-07-2019 23:13
[naam 3]
[naam 1]
Je kan niet zomaar mwer vrij geven
15-07-2019 23:14
[naam 1]
Jij moet drzo gaan werken
15-07-2019 23:14
[naam 1]
Solisteeer drzo
15-07-2019 23:14
[naam 3]
[naam 1]
Er zijn geen functies daar
15-07-2019 23:14
[naam 1]
Op melkuni
15-07-2019 23:14
[naam 3]
[naam 1]
Ze proberen alleen maar minder mensen neertr zetten
15-07-2019 23:14
[naam 1]
Ik hoor juist ze hebben mensen nodig drzo
15-07-2019 23:14
[naam 3]
[naam 1]
Is geen werk bij uni
15-07-2019 23:15
[naam 3]
[naam 1]
Ik weet niet je dat verteld
15-07-2019 23:15
[naam 1]
Ze komen mankracht tekrt
15-07-2019 23:15
[naam 1]
Iemand van drzo
15-07-2019 23:15
[naam 3]
[naam 1]
Zeg dan welke functie en waar ik dat kan vinden
15-07-2019 23:16
[naam 3]
[naam 1]
Dus gewoon weg bij de douane gaan???
15-07-2019 23:16
[naam 1]
Hzo weg gaan
15-07-2019 23:16
[naam 3]
[naam 1]
Bij de uni werken buiten de douane om???
15-07-2019 23:16
[naam 3]
[naam 1]
Want binnen de douane is er geen functie
15-07-2019 23:16
[naam 1]
Blijf werken
15-07-2019 23:17
[naam 1]
Mns kom je nog op een hooie goude plek
15-07-2019 23:20
[naam 3]
[naam 1]
Ja .... Wat jij niet snapt is dat iedereen bang en voorzichtig is geworden
15-07-2019 23:20
[naam 3]
[naam 1]
4 mensen gepakt in 1 maand
15-07-2019 23:21
[naam 1]
Die 3 koekebakkers moet je niet mee tellen
15-07-2019 23:21
[naam 3]
[naam 1]
Voor jou niet
15-07-2019 23:21
[naam 3]
[naam 1]
Je kojkt van jou kant
15-07-2019 23:21
[naam 3]
[naam 1]
Ik vertel je van deze kant
15-07-2019 23:22
[naam 1]
Ze hebben alleen die ene landgenoot en hij is onschuldig iemand anders heeft zijn code gebruikt
15-07-2019 23:22
[naam 1]
Ja snap jou
15-07-2019 23:22
[naam 3]
[naam 1]
Dus het is een moeilijke situatie
15-07-2019 23:23
[naam 1]
Jij kan het ook via de zij lijn werken want ga dan alles bia jou doen
15-07-2019 23:23
[naam 3]
[naam 1]
Juist dat zei je dat ik nooit hoefde te doen
15-07-2019 23:23
[naam 1]
Als je iemand kan regelen dan heb je goud in je handen
15-07-2019 23:23
[naam 3]
[naam 1]
Ik snap waarom je dat zegt
15-07-2019 23:23
[naam 3]
[naam 1]
Maar ik moet heel voorzichtig zijn
15-07-2019 23:24
[naam 1]
Ja dat zws
15-07-2019 23:24
[naam 1]
Maar kijk ff op een slime manier
15-07-2019 23:24
[naam 3]
[naam 1]
Ik doe mijn best
15-07-2019 23:25
[naam 1]
Ja aub ga je dan echt rijk maken
15-07-2019 23:25
[naam 3]
[naam 1]
Hmmmmm
15-07-2019 23:25
[naam 1]
Ik geef ze 1 mil
15-07-2019 23:26
[naam 1]
Plus jou ook altijd bij elke werk
15-07-2019 23:26
[naam 1]
Zit je r in
15-07-2019 23:26
[naam 1]
Drm zeg ik doe ik het dan altijd via jou
15-07-2019 23:26
[naam 3]
[naam 1]
Enig3 wat jij wil is scan
15-07-2019 23:26
[naam 1]
Juist
15-07-2019 23:26
[naam 1]
De rest heb ik al
15-07-2019 23:27
[naam 1]
Alleeen scen niet
15-07-2019 23:27
[naam 3]
[naam 1]
Ik kijk wat mogelijk is
15-07-2019 23:27
[naam 1]
Dan ben ik pas complet
15-07-2019 23:27
[naam 1]
[naam 1]
Maar accepteer wel als ik je dan zeg dat ik niet heb of kan
15-07-2019 23:27
[naam 3]
[naam 1]
En vergeet niet dat deze tel nukken heeft en einde van de maand niet mwer
geldig is
15-07-2019 23:27
[naam 1]
Dan ga je echt veeel geld verdienen in een korte tijd
15-07-2019 23:28
[naam 3]
[naam 1]
Hmmm ja
15-07-2019 23:28
[naam 1]
Als het kan dan kan het en zo niet ook goed tog je heb je best gedaan
3.
Onderzoek van de politie [2]
Datum: 30-04-2019 22:41:43
Beller: [telefoonnummer 1]
Gebelde: [telefoonnummer 2] tnv: [naam verdachte]
[naam 4] : Hey? Euhm, die [naam 2] vraagt waar hij jou kan ontmoeten?
[naam verdachte] : Nu?
[naam 4] : Ja.
[naam verdachte] : Euhm..
[naam 4] : Hij is nu samen met mij.
[naam verdachte] : Waar?
[naam 4] : De Kuip. ..ntv..
[naam verdachte] : Kom jij ook?
[naam 4] : Nee.
[naam verdachte] : Mmm. Oke. Goed.
[naam 4] : Ehm.. Goed? Over hoeveel minuten ben je daar?
[naam verdachte] : Mmmm, een kwartiertje.
4.
Onderzoek van de politie [3]
De personenauto van [naam verdachte] van het merk Volkswagen, type EOS, kenteken [kentekennummer] werd voorzien van plaatsbepalingsapparatuur.
Het telefoonnummer [telefoonnummer 2] , in gebruik is bij [naam verdachte] .
Het telefoonnummer [telefoonnummer 1] , in gebruik is bij [naam 4] ,
1e ONTMOETING OP 2 MEI 2019
[telefoonnummer 2] , sessienummer 21337
Op 02 mei 2019, 14:56 uur wordt [naam verdachte] gebeld door [naam 4] .
In dit telefoongesprek komt het navolgende naar voren:
[naam 4] vraagt of [naam verdachte] vanavond om zeven uur op dezelfde plek kan komen
[naam verdachte] geeft aan om acht uur.
[telefoonnummer 2] , sessienummer 21368
Op 02 mei 2019, 20:03 uur wordt [naam verdachte] gebeld door [naam 4] .
In dit telefoongesprek komt het navolgende naar voren:
[naam 4] geeft aan dat die kloothommel vraagt of [naam verdachte] er al is.
[naam verdachte] geeft aan dat ze bij de waterkant is aangekomen
[naam 4] geeft aan dat derde onderweg lijkt te zijn
Opmerking verbalisant:
De inbeslaggenomen PGP-telefoontoestel, van het merk Samsung J5 met IMEI-nummer [nummer 2] maakt op 2 mei 2019, 20:06 uur verbinding met de zendmast gelegen aan de Koperslagerstraat te Rotterdam, dit is in de nabije omgeving van het Cor Kieboomplein te Rotterdam.
2e ONTMOETING OP 2 MEI 2019
[telefoonnummer 2] , sessienummer 21374
Op 02 mei 2019, 22:15 uur wordt [naam verdachte] gebeld door [naam 4] .
In dit telefoongesprek komt het navolgende naar voren:
[naam 4] geeft aan dat derde gezegd heeft om bij de Chino naar hem te komen kijken
[naam verdachte] geeft aan dat ze hem al heeft gekregen (getroffen).
Opmerking verbalisant:
De mobiele telefoon voorzien van telefoonnummer [telefoonnummer 2] straalt op dat moment de zendmast aan de Stadionweg te Rotterdam aan, deze ligt in de nabije omgeving van het Cor Kieboomplein te Rotterdam.
ONTMOETING OP 13 MEI 2019
[telefoonnummer 1] , sessienummer 437
Op 13 mei 2019, 23:26 uur belt [naam 4] , die op dat moment gebruik maakt van mobiele telefoonnummer [telefoonnummer 1] naar [naam verdachte] , die op dat moment gebruik maakt van het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer 2] . Het telefoongesprek in het Papiamento werd vertaald naar de Nederlandse taal.
In dit telefoongesprek komt het navolgende naar voren:
[naam 4] geeft aan dat die [naam 2] kerel bij hem is en zegt of [naam verdachte] naar haar telefoon kan kijken
[naam verdachte] vraagt of [naam 4] hem (derde) even kan geven.
Vervolgens komt [naam 5] aan de telefoon en geeft [naam verdachte] aan daarvoor had ik je nodig omdat hij het niet meer doet en dat zij hem vorige week al had gevraagd
[naam 4] vraagt of [naam verdachte] kan komen waar ze elkaar laatst ontmoet hebben
[naam verdachte] geeft aan dat ze daar in een kwartier kan zijn [telefoonnummer 2] , sessienummer 24010
Op 14 mei 2019, 00:06 uur belt [naam verdachte] , die op dat moment gebruik maakt van het mobiele telefoonnummer [telefoonnummer 2] , uit naar [naam 4] , die op dat moment gebruik maakt van het Nederlandse mobiele telefoonnummer [telefoonnummer 1] . Het telefoongesprek in het Papiamento werd vertaald naar de Nederlandse taal.
In dit telefoongesprek komt het navolgende naar voren:
[naam verdachte] geeft aan dat zij hem (derde) niet ziet
[naam 4] geeft aan dat hij (derde) wel moet aankomen
Opmerking verbalisant:
De plaatsbepaling gegevens van de personenauto van [naam verdachte] , Volkswagen, type EOS geven aan dat deze op 13 mei 2019 te 23:49 uur tot 14 mei 2019 te 01:13 uur bij het Cor Kieboomplein heeft stilgestaan. De in beslag genomen PGP-telefoontoestel van het merk iPhone met IMEI-nummer [nummer 1] straalt de zendmast aan de Stadionweg te Rotterdam op 14 mei 2019 te 00:04 uur aan.
5.
Onderzoek van de politie [4]
Beller: [telefoonnummer 3] Datum: 16-07-2019 16:12:25
MET [naam 6] ' [naam 7] ' HEEFT gebeten ik kan niet persoonlijk praten help om te zeggen dat het speelgoed dingen van jou zijn gisteren was je langs gekomen om met mij te praten en heb ze bij me thuis gelaten
Beller: [telefoonnummer 3] Datum: 16-07-2019 16:20:12
[naam 8] : Hallo? O, ik wist dat jij het was.
[naam verdachte] : Geef geen antwoord. Geef geen antwoord!
[naam 8] : Ja
[naam verdachte] : Je snapt het nu?
[naam 8] : Ja
[naam verdachte] : Ok, thanks.
[naam 8] : Ok. Mmm
[naam verdachte] : Hey (praat zachter) zeg tegen die [naam 2] : 'niet meer'
[naam 8] : Ok.
[naam verdachte] : Ja allebei
[naam 8] : Ja
[naam verdachte] : Doei
[naam 8] : Doei
6.
Onderzoek van de politie [5]
Op de Samsung S9 plus, beslagcode GR585.04.06.001, werden de onderstaande tekstberichten aangetroffen, verzonden en ontvangen door:
[telefoonnummer 2] , in gebruik bij [naam verdachte]
[telefoonnummer 1] , in gebruik bij [naam 4]
tekstbericht
7.
Onderzoek van de politie [6]
Op dinsdag 16 juli 2019, omstreeks 06.44 uur, betrad de rechter-commissaris van de rechtbank Rotterdam, de woning aan de [adres] .
8.
Onderzoek van de politie [7]
Tijdens de doorzoeking in de woning gelegen aan [adres] werd het navolgende goed aangetroffen.
IBN-code
Omschrijving goed
Locatie aantreffen goed
GR
Lijst van medewerkers Scan Douane
Woonkamer, servieskast, linkerlade
9.
Onderzoek van de politie [8]
BEVINDINGEN DATA WERK LAPTOP
Door mij, verbalisant werd een zoekslag met zoekcriteria “scan” in de veiliggestelde data van de laptop van Douane gedaan. Hieruit is het navolgende bevonden:
Op 10 juli 2019 om 06:53 uur logt het account [accountnaam] van [naam verdachte] in op het Douanenet van Regiokantoor Rotterdam Haven en selecteert bij optie ‘Teams’ DRH FT SCAN MV1.
Op 10 juli 2019 om 06:56 uur selecteert het account [accountnaam] bij optie ‘Teams’ DRH FT SCAN MV2.
Op 10 juli 2019 om 06:57 uur selecteert het DRH FT SCAN RW.
10.
Onderzoek van de politie [9]
Bij een doorzoeking ter inbeslagname in de woning [adres] werd onder andere goed GR585.03.01.001, een hoeveelheid betaalbewijzen, in beslag genomen. Ik zag dat in totaal €10.500,81 contant was betaald.
11.
Onderzoek van de politie [10]
Op de bankrekeningen op naam van [naam verdachte] en aan haar gelieerde natuurlijke personen, te weten haar moeder, komen de volgende kasstortingen voor in de periode van 1 januari 2017 tot 1 augustus 2019:
Jaar
[rekeningnummer 1] [naam verdachte]
[rekeningnummer 2]
[rekeningnummer 3] [naam 9]
2017
€2000.00
€8.271,50
€800,38
2018
€4.980,00
€1.463,61
€3.084,77
2019
€5.700,00
€160,25
€6.868,56
Totaal
€12.680,00
€9.895,36
€10.751,71
12.
Onderzoek van de politie [11]
Bij een doorzoeking ter inbeslagneming in de woning aan de [adres] werd in een kast in een slaapkamer een bedrag van € 3.600,- aangetroffen. Dit bedrag bestond uit 36 coupures van €100,-. Ook elders in de woning werden drie coupures van €100,- aangetroffen. Het totaalbedrag van €3.900,- is in beslag genomen.

4..De verboden gedragingen en de strafbaarheid

Kwalificatie
De bewezen feiten zijn in de wet verboden gedragingen en leveren de volgende strafbare feiten op:
als ambtenaar een belofte, wetende dat deze hem gedaan wordt teneinde hem te bewegen om in zijn bediening iets te doen of na te laten;
opzettelijk schenden van een geheim, waarvan hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij uit hoofde van ambt of beroep dan wel van een vroeger ambt of beroep verplicht is het te bewaren;
gewoontewitwassen;
witwassen;
computervredebreuk.
Strafbaarheid
De feiten en de verdachte zijn strafbaar.

5..De onderbouwing van de straf

Inleiding
De rechtbank zal in dit hoofdstuk beslissen welke straf aan de verdachte moet worden opgelegd en uitleggen waarom. Daartoe zullen de feiten en (persoonlijke) omstandigheden worden besproken die bij de strafoplegging een rol spelen. Dit hoofdstuk wordt afgesloten met de concrete afwegingen die hebben geleid tot de straf die aan de verdachte wordt opgelegd.
De ernst en de omstandigheden van de feiten
De verdachte heeft zich - als douaneambtenaar - laten omkopen en daarmee haar ambtsgeheim geschonden. Zij heeft informatie over douanemedewerkers verzameld van de beveiligde computersystemen van de betreffende afdeling en deze afgeschermde informatie geprint en mee naar huis genomen.
Dit zijn ernstige feiten. De integriteit van overheidsdiensten dient onder alle omstandigheden boven elke twijfel verheven te zijn. Daar komt in deze zaak bij dat de haven van Rotterdam geldt als buitengrens van de Europese Unie (EU), waardoor goederen na inklaring in Rotterdam vrij door de lidstaten van de EU mogen worden vervoerd.
Door misbruik te maken van haar positie als douanier heeft de verdachte niet alleen schade toegebracht aan het imago van de Rotterdamse haven in zowel binnen- als buitenland, maar ook het publieke vertrouwen in de integriteit van de douane als overheidsorgaan in diskrediet gebracht.
De verdachte heeft verder een aanzienlijk geldbedrag witgewassen. Zij heeft geld dat van misdrijf afkomstig was in de legale economie gebracht door het te gebruiken voor verschillende contante aankopen en door contante stortingen te doen op verschillende bankrekeningen, zowel op haar eigen naam als op naam van haar moeder en haar dochter. Het exacte bedrag is niet vast te stellen, maar duidelijk is wel dat dit een aanzienlijk bedrag is geweest. Witwassen tast de integriteit aan van het financiële en economische verkeer, kan een ontwrichtende werking hebben op de samenleving en vormt daarmee een ernstige bedreiging voor de legale economie.
Persoon en de persoonlijke omstandigheden
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 19 november 2020, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten.
Rapportages
Reclassering Nederland, heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 20 april 2020. Gelet op de proceshouding van de verdachte kan er geen goede inschatting gemaakt worden over de kans op herhaling. Omdat er voldoende beschermde factoren aanwezig zijn wordt de kans op herhaling laag ingeschat. Geadviseerd wordt om bij een veroordeling een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering en een verbod op deelname aan kansspelen.
Psycholoog, [naam 10] , heeft een rapport over de verdachte opgemaakt gedateerd 27 september 2020. Op basis van de beschikbare informatie kan geen volledig onderbouwde diagnose worden gegeven. Er is sprake van een ongespecificeerde angststoornis. Een persoonlijkheidsstoornis of een psychiatrische stoornis kan niet worden vastgesteld, maar ook niet worden uitgesloten. Er is sprake van een gokstoornis, maar ook daaromtrent is te weinig informatie voorhanden om die diagnose op een onderbouwde wijze te kunnen vaststellen.
Visie verdediging
Door de raadsman zijn voorafgaand aan de zitting stukken overgelegd, waaruit blijkt dat de verdachte is gediagnostiseerd met een complexe, posttraumatische stressstoornis (PTSS) en dat zij daarvoor inmiddels een intensieve behandeling heeft ondergaan, maar dat er nog verdere behandeling dient te volgen.
De verdachte zelf heeft aangegeven zich ook onder behandeling te willen stellen voor haar gokverslaving en heeft tijdens de zitting de indruk gewekt dat zij open staat voor gedragsverandering en mee wil werken aan behandeling gericht op de door de reclassering geschetste problematiek.
Eis van de officier van justitie
De officier van justitie heeft een veroordeling van de verdachte geëist tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 12 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar met als bijzondere voorwaarden een reclasseringstoezicht en een verbod op deelname aan kansspelen. Als bijkomende straf vraagt de officier van justitie op te leggen dat de verdachte voor de duur van 7 jaar zal worden ontzet van het recht om een openbaar ambt te bekleden.
Conclusie van de rechtbank
Gezien de ernst van de feiten kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf.
De straf die wordt opgelegd is lager dan door de officier van justitie is geëist, omdat de rechtbank de omkoping in omvang anders waardeert dan de officier van justitie. Volgens de rechtbank concentreert de omkoping zich aan het eind van de ten laste gelegde periode. Voor de hand ligt natuurlijk om net als de officier van justitie aan te nemen dat de verdachte met de omkoping geld heeft verdiend. Zeker als dit wordt bekeken tegen de achtergrond van het in dit vonnis ook vastgestelde witwassen van grote geldbedragen door de verdachte. De concrete samenhang tussen de omkoping en de geldbedragen is op de zitting echter onduidelijk gebleven en - mede daarom - door de rechtbank ook niet bewezenverklaard.
Bij het bepalen van de hoogte van de straf neemt de rechtbank ook in aanmerking dat de verdachte de negatieve gevolgen van haar handelen deels al heeft ondervonden. Zij is geschorst door de Douane en heeft geen eigen woonruimte meer. Daarbij komt dat de verdachte lijdt aan meerdere complexe trauma’s, waarvoor zij in behandeling is. Ook is in aanmerking genomen dat de verdachte een blanco strafblad heeft en is het niet onaannemelijk dat de verdachte, zoals zij zelf ook heeft verklaard, door haar ex-partner is beïnvloed.
Gelet op deze omstandigheden zal de rechtbank de verdachte niet terugsturen naar de gevangenis en zal het onvoorwaardelijke deel van de op te leggen gevangenisstraf gelijk worden gesteld aan de duur die de verdachte reeds in voorarrest heeft doorgebracht. Een deels voorwaardelijke gevangenisstraf met de hierna te noemen bijzondere voorwaarden, waaronder een verbod op het deelnemen aan kansspelen, acht de rechtbank daarbij geboden om de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen en de door de reclassering geadviseerde behandeling en begeleiding in te kaderen.
Om de ernst van de feiten te benadrukken zal aan de verdachte tevens een werkstraf voor de duur van 180 uur worden opgelegd.
Daarnaast zal de rechtbank, ter bescherming van vertrouwelijke overheidsinformatie en om te voorkomen dat de verdachte opnieuw in de verleiding komt om vertrouwelijke overheidsinformatie te delen met onbevoegden, de verdachte twee jaar ontzetten van het recht om een openbaar ambt te bekleden.
Alles afwegend acht de rechtbank de straffen en de hieronder besproken verbeurdverklaringen en onttrekking aan het verkeer, passend en geboden.
Wettelijke voorschriften
Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 28, 29, 31, 33, 47, 57, 138ab, 272, 363, 420bis, 420ter van het Wetboek van Strafrecht.

6..De beslissingen over de inbeslaggenomen goederen

Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd het inbeslaggenomen geld, de GSM Asus en de documenten verbeurd te verklaren en de inbeslaggenomen zogenaamde ‘duim’-telefoon, de iPhone PGP en Samsung PGP te onttrekken aan het verkeer.
Standpunt verdediging
De in beslag genomen voorwerpen moeten worden teruggegeven, waaronder in ieder geval een bedrag van 3900 euro.
Beoordeling
Het in beslag genomen geld zal, als bijkomende straf, worden verbeurd verklaard, omdat het geld door de verdachte ten eigen bate kan worden aangewend en met betrekking tot het feit is begaan. De GSM Asus en de in de woning van de verdachte aangetroffen documenten zullen eveneens verbeurd worden verklaard, omdat deze voorwerpen tot het begaan van de bewezen misdrijven zijn vervaardigd/bestemd.
De inbeslaggenomen (PGP)telefoons zullen worden onttrokken aan het verkeer, omdat deze telefoons ten behoeve van het begaan van het misdrijf zijn vervaardigd/bestemd en van zodanige aard zijn dat het ongecontroleerde bezit ervan in strijd is met het algemeen belang.
Wettelijke voorschriften
Gelet is op de artikelen 33, 33a, 36b, 36c van het Wetboek van Strafrecht.

7..Alle beslissingen in het kort en ondertekening

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1, 2, 3, 4 primair en 5 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) jaar;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
9 (negen) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 (twee) jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd de bijzondere voorwaarden niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarde:
de veroordeelde zal zich melden op afspraken bij de Reclassering Nederland, zolang en frequent als die reclasseringsinstelling noodzakelijk vindt;
de veroordeelde zal niet deelnemen aan kansspelen;
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden;
de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
90 (negentig) dagen;
veroordeelt de verdachte als bijkomende straf tot ontzetting van het recht om een openbaar ambt te bekleden voor de duur van 2 (twee) jaar;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
verklaart verbeurd als bijkomende straf voor de feiten 1 t/m 4: 3900 euro (nummers 1 t/m 3), GSM Asus (nummer 5) en documenten (nummers 6 t/m 9)
verklaart onttrokken aan het verkeer: ‘duim’-telefoon (nummer 4), de iPhone PGP (nummer 10) en Samsung PGP (nummer 11);
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst.
Dit vonnis is gewezen door:
mr. J.H. Janssen, voorzitter,
en mrs. A. van Luijck en E.M. Rocha, rechters,
in tegenwoordigheid van M.M. Cerpentier, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank op 22 december 2020.
De voorzitter, de oudste rechter en de griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.De paginanummers die in de voetnoten worden genoemd verwijzen naar schriftelijke stukken ex art. 344 Sv die o.m. zijn opgenomen in het ‘Zaaksdossier “INZA”, tenzij anders is vermeld. In dit geval betreft dat pagina 158 e.v.
2.Zaaksdossier ‘Casanare’, pagina 1 e.v.
3.Pagina 31 e.v.
4.Pagina 31 e.v.
5.Zaaksdossier ‘Inza’, pagina 18 e.v.
6.Verdachtendossier ‘Frans’, pagina 78 en 79.
7.Pagina 490 e.v.
8.Pagina 483 e.v.
9.Zaaksdossier ‘Casanare’, pagina 11 e.v.
10.Zaaksdossier ‘Cesar’, pagina 123 e.v.
11.Zaaksdossier ‘Casanare’, pagina 1 e.v.