ECLI:NL:RBROT:2020:12524
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van verdachte in zaak van meerdere strafbare feiten, waaronder diefstal met geweld en bezit van kinderporno
In de zaak tegen de verdachte, geboren te [geboorteplaats verdachte] op [geboortedatum verdachte], heeft de rechtbank Rotterdam op 20 november 2020 uitspraak gedaan. De verdachte was aangeklaagd voor zeven strafbare feiten, waaronder een poging en een geslaagde diefstal met geweld bij twee juweliers, en het bezit van afbeeldingen van seksuele gedragingen met minderjarigen. Tijdens de terechtzittingen op 10 februari, 13 februari en 20 november 2020 is het bewijs tegen de verdachte besproken. De officier van justitie, mr. W.B.J. ten Have, heeft vrijspraak gevorderd voor de ten laste gelegde feiten. De rechtbank heeft, na beoordeling van het bewijs, geconcludeerd dat het ten laste gelegde niet wettig en overtuigend is bewezen. De rechtbank heeft de verdachte dan ook vrijgesproken van alle ten laste gelegde feiten. De beslissing is genomen in tegenspraak en is uitgesproken op de openbare terechtzitting. De rechtbank heeft in haar vonnis ook de bijlagen genoemd die deel uitmaken van de uitspraak.