Op 17 december 2020 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor een betrokkene die lijdt aan een psychische stoornis, waaronder cognitieve stoornissen en alcoholafhankelijkheid. De officier van justitie heeft op 8 december 2020 een verzoek ingediend voor de zorgmachtiging, aansluitend op een eerder verleende crisismaatregel. Tijdens de mondelinge behandeling zijn de betrokkene, zijn advocaat en een psychiater gehoord. De rechtbank heeft vastgesteld dat er sprake is van ernstig nadeel door het gedrag van de betrokkene, wat heeft geleid tot de noodzaak van verplichte zorg. De rechtbank oordeelde dat de huidige medische gesteldheid van de betrokkene de toepassing van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz) rechtvaardigt. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van drie maanden, met de mogelijkheid tot het treffen van verschillende vormen van verplichte zorg, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De rechtbank heeft ook bepaald dat het zorgplan moet worden aangepast om de noodzakelijke zorg te waarborgen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter F.J. Koningsveld en schriftelijk uitgewerkt door griffier J.C.A. van 't Zelfde.