Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden met aftrek van voorarrest;
- niet-ontvankelijkverklaring van het Openbaar Ministerie in de vordering tot tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 02-216582-18.
4..Waardering van het bewijs
zal ikdirect steken,
zijnmededader voorgenomen misdrijf om met het oogmerk om zich en een ander wederrechtelijk te bevoordelen door bedreiging met geweld [naam slachtoffer] te dwingen tot de afgifte van een geldbedrag, dat aan die [naam slachtoffer] toebehoorde
rte houden en- met een personenauto naar een pinautomaat te rijden om geld te pinnen,
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
.De reclassering ziet daarom het inzetten van interventies of toezicht niet meer van toegevoegde waarde en adviseert om bij een veroordeling een straf zonder bijzondere voorwaarden op te leggen.
8..Vordering benadeelde partij / schadevergoedingsmaatregel
9..Vordering tenuitvoerlegging
10.. Toepasselijke wettelijke voorschriften
11..Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 24 (vierentwintig) maanden;
€ 200,- (zegge: tweehonderd euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 13 augustus 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [naam benadeelde] te betalen
€ 200,-(hoofdsom,
zegge: tweehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
4 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;