Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- vrijspraak van het onder 2 (zowel primair als subsidiair) tenlastegelegde;
- bewezenverklaring van het onder 1 primair (te weten het medeplegen van het opzettelijk aanwezig hebben van hennepplanten) tenlastegelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 180 (honderdtachtig) uren, subsidiair 90 dagen vervangende hechtenis.
- het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in de vordering tot tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 22/002763-18.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Voorwaardelijk getuigenverzoek
8..Motivering straf
9..Vordering benadeelde partij/schadevergoedingsmaatregel
10..Vordering tenuitvoerlegging
11..Toepasselijke wettelijke voorschriften
12.. Bijlagen
13.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) maanden;
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
90 (negentig) dagen;
€ 1.109,77 (zegge: elfhonderdnegen euro en zevenenzeventig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 17 december 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij te betalen
€ 1.109,77(hoofdsom,
zegge: elfhonderdnegen euro en zevenenzeventig cent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 17 december 2019 tot aan de dag van de algehele voldoening, bij gebreke van betaling en verhaal van de hoofdsom te vervangen door
21 (eenentwintig) dagen gijzeling. De toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;