Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 100 uren, subsidiair 50 dagen vervangende hechtenis voor het onder 1 en 2 primair ten laste gelegde;
- toepassing van artikel 9a van het Wetboek van Strafrecht voor het onder 3 ten laste gelegde.
4..Waardering van het bewijs
- niet in het bezit was van een groot vaarbewijs en een basiscertificaat marifonie;
- de [naam sloep] niet had aangeboden ter keuring en de sloep niet was voorzien van een verklaring van deugdelijkheid;
- niet heeft gezorgd dat een marifooninstallatie aan boord van de [naam sloep] aanwezig was;
- geen gebruik heeft gemaakt van een draagbare marifoon.
- onvoldoende uitkijk heeft gehouden of een veilige oversteek mogelijk was;
- de Nieuwe Maas heeft overgestoken, waarbij hij geen voorrang heeft verleend en ruimte heeft gelaten aan de watertaxi om zijn koers te kunnen volgen.
,met dat schip heeft gevaren op het voor het openbaar scheepvaartverkeer openstaand vaarwater, te weten de Nieuwe Maas, en tijdens dit varen niet heeft voldaan aan de verplichting om, ook bij het ontbreken van uitdrukkelijke voorschriften als bedoeld in het Binnenvaartpolitiereglement, alle voorzorgsmaatregelen te nemen die volgens goed zeemanschap of door de omstandigheden waarin het door hem bestuurde schip zich bevindt zijn geboden teneinde te voorkomen
dathet leven van personen in gevaar wordt gebracht en schade wordt veroorzaakt aan andere schepen die zich in de vaarweg daarvan bevinden en de veiligheid en het vlotte verloop van de scheepvaart in gevaar wordt gebracht, immers heeft hij, verdachte,
5..Strafbaarheid feiten
2..subsidiair:
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregelen
- [naam benadeelde 1] , ter zake van het strafbare feit. Zij heeft een vergoeding gevorderd van € 8.018,45 aan materiële schade, een vergoeding van € 1.500,- aan immateriële schade en uiteindelijk vergoeding van de proceskosten van € 5.885,45;
- [naam benadeelde 2] , ter zake van het strafbare feit. Hij heeft uiteindelijk een vergoeding gevorderd van € 9.474,49 aan materiële schade en een vergoeding van
- [naam benadeelde 3] , ter zake van het strafbare feit. Zij heeft een vergoeding gevorderd van € 22.942,14 aan materiële schade en een vergoeding van € 45.000,- aan immateriële schade;
- [naam benadeelde 4] , ter zake van het strafbare feit. Zij heeft een vergoeding gevorderd van € 100,38 aan materiële schade en een vergoeding van € 10.000,- aan immateriële schade;
- [naam benadeelde 5] , ter zake van het strafbare feit. Zij heeft een vergoeding gevorderd van € 2.971,43 aan materiële schade en een vergoeding van € 2.500,- aan immateriële schade.
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
- 23 en 24c van het Wetboek van Strafrecht;
- 1.04 van het Binnenvaartpolitiereglement;
- 7a van het Vaststellingsbesluit Binnenvaartpolitiereglement;
- Artikel 31 van de Scheepvaartverkeerswet.
10.. Bijlagen
11..Beslissing
geldboete van € 750,00 (zevenhonderd en vijftig euro), bij gebreke van volledige betaling en volledig verhaal te vervangen door
15 dagen hechtenis;